Paragrafen

Paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing

Waar gaat deze paragraaf over?

Terug naar navigatie - Waar gaat deze paragraaf over?

Het weerstandsvermogen bestaat uit de relatie tussen de weerstandscapaciteit en alle risico’s waarvoor we geen maatregelen hebben getroffen, maar die voor de financiële positie van onze gemeente wel van materiële betekenis kunnen zijn. Onder weerstandscapaciteit verstaan we de middelen en mogelijkheden waarover we beschikken om niet-begrote kosten te dekken. Denk hierbij met name aan de algemene reserve. Volgens de in de begroting 2021 gehanteerde norm houden we als ondergrens 10% van het uitgavenniveau van de jaarbegroting aan als de norm voor het weerstandsvermogen. Dit bedrag dient in de algemene reserve aanwezig te zijn. In deze paragraaf vindt u een inventarisatie van de weerstandscapaciteit, de risico’s en het beleid dat wij op dit gebied voorstaan.


In 2021 is een nieuw beleidskader 'Risicomanagement en weerstandsvermogen' en een nieuwe nota 'Reserves en voorzieningen' vastgesteld met daarin een nieuwe manier van risicobeheersing. Op deze nieuwe manier zal vanaf het jaar 2022 gerapporteerd worden, voor het eerst reeds in de Begroting 2022 gehanteerd. Voor de Jaarrekening 2021 volgen we nog de in de Begroting 2021 gevolgde werkwijze.

Weerstandscapaciteit

Terug naar navigatie - Weerstandscapaciteit

We berekenen de weerstandscapaciteit aan de hand van drie elementen:

1. De omvang van de vrij aanwendbare reserves
Hieronder valt allereerst de algemene reserve. Dat geldt alleen indien we de rente daarvan niet benutten voor de exploitatie (=huidige situatie). Wanneer we de rente in de begroting als structurele inkomstenbron gebruiken, is de algemene reserve niet meer vrij aanwendbaar. Iedere aanwending betekent dan immers een verlaging van de rente-inkomsten, wat leidt tot een exploitatietekort.
Ook bestemmingsreserves kunnen vrij aanwendbaar zijn. Bij de bestemmingsreserves onderscheiden we verplichte en intentionele reserves. De raad kan de bestemming van verplichte reserves niet wijzigen. Dit zijn bijvoorbeeld reserves op basis van rijkssubsidies. Van intentionele reserves kan de raad de bestemming wel wijzigen. Omdat de verdeling naar verplichte en intentionele bestemmingsreserves moeilijk te maken is, laten we ze bij de berekening van het weerstandsvermogen buiten beschouwing.
De Algemene Reserve bedraagt per 31-12-2021 € 3.186.308. Dit bedrag bestaat uit het saldo per 1 januari 2021 van € 4.266.445, vermeerderd met € 250.000 teruggestort voorschot coronabudget (in 2020 was budget voorgeschoten voor coronakosten vooruitlopend op de rijksvergoeding). Daarnaast is de Algemene reserve vermeerderd met € 233.368 vanwege de geleidelijke gewenning aan de toekomstige afschaffing van de precario-opbrengst. Jaarlijks (oplopend) ramen we ieder jaar 20% extra af van de opbrengst van de exploitatie. Deze jaarlijks oplopende uitname van de Algemene reserve kan als incidenteel beschouwd worden. Daar tegenover is er een bedrag onttrokken van in totaal € 1.563.505, waarvan € 1.026.173 onttrokken is vanuit de resultaatbestemming 2020. De overige onttrekkingen zijn ten behoeve van de reserve Zaanbrug (€ 310.632), fraudebestrijdingsapparatuur (€ 12.700), invoering omgevingswet (€ 174.000) en de externe begeleiding van het ombuigingsproces om tot een sluitende begroting te komen (€ 40.000). Alle toevoegingen en onttrekkingen zijn incidenteel.

 

2. De hoogte van de post onvoorzien
Het budget voor Onvoorzien bedroeg voor 2021 het reguliere budget van € 51.117, minus de bij de Kadernota 2019 besloten verlaging van € 25.000 tot en met 2021. Per saldo dus € 26.117.


3. Stille reserves
Van stille reserves is bij Wormerland geen sprake. Dit is namelijk wanneer de marktwaarde van bepaalde activa hoger is dan de op de balans opgenomen boekwaarde. De aanwezigheid van dergelijke stille reserves is een onvermijdelijk gevolg van het voorschrift dat de boekwaarde van de activa gebaseerd moet zijn op de historische kostprijs. 

Daarnaast heeft de gemeente aandelen in de HVC (via VVI), Alliander en BNG. Vanwege de zeer beperkte verhandelbaarheid van de betreffende aandelen, wordt hier bij de bepaling van de stille reserves niets opgenomen.
In totaliteit bedraagt de weerstandscapaciteit voor onze gemeente:

 

Omschrijving Per 31-12-2021
Vrij aanwendbare reserve € 3.186.308
Post onvoorzien € 26.117
Stille reserves € 0
Totaal € 3.212.425

Risico's

Terug naar navigatie - Risico's

Naast het werken met de norm van 10% van het uitgavenniveau van de jaarlijkse exploitatie, hebben we bij het opstellen van de begroting 2021 ons toen bekende risico’s zo goed mogelijk gekwantificeerd. Dit heeft geleid tot de onderste tabel.
 
Toelichting van de in de eronder staande tabel genoemde risicokansen:

Risicokans Rekenpercentage Risico
1 5 % Laag
2 25 % Ruim
3 50 % Hoog

 

Programma Risico Financieel belang Risico kans Reken percentage Risico bedrag
 1 Digitale Agenda 2020  € 100.000  2 25%  €  25.000
 2 Planologische procedures en aangaan overeenkomsten € 100.000  1 5% €   5.000
  Implementatie Omgevingswet € 50.000 2 25% € 12.500
3 Inkomensvoorziening €600.000 2 25%) € 150.000
  Participatie  € 200.000 2 25%) €   50.000
  Verstrekkingen Sociaal Domein € 400.000 2

25%

€  100.000
4 Flexibilisering jeugdgezondheidszorg € 200.000 2 25% € 50.000
  Beheer sportcomplexen en btw € 40.000 2 25% €  10.000
  Leerlingenvervoer € 216.000 2 25% €  54.000
5 Aandeelhouderschap HVC € 5.396.000 1 5% €  269.800
6 Gemeentegaranties € 4.465.000 1 5% €  223.250
  Algemene Uitkering € 21.689.000 1 5% € 1.084.450
  Bedrijfsvoering (OVER-gemeenten) € 8.614.200 1 5% € 430.710
Totaal         € 2.464.710

Het totale bedrag van eventueel zich voordoende risico’s bedroeg in de begroting bijna € 2.500.000. Ter vergelijking met de methode van 10% van de totale primair begrote exploitatielasten: hier zou voor 2021 een bedrag van € 3.747.597 uitgekomen zijn. Door het kwantificeren is dit risicobedrag dus een stuk lager geworden. De hiervoor vermelde weerstandscapaciteit ad € 3.212.425 is passend te noemen volgens de berekening in de tabel hierboven maar onvoldoende volgens de 10%-methode. In december 2021 is reeds een raadsbesluit genomen ter versterking van het weerbaarheidsvermogen door gefaseerde dotatie aan de Algemene reserve van € 750.000 in 2022 en € 250.000 in 2023.

Terugkijkend naar het jaar 2021, naar welke zaken daadwerkelijk hebben geresulteerd in (negatieve) financiële effecten, komen wij tot het volgende overzicht:

 

Risico Toelichting
Verstrekkingen Sociaal Domein

In 2021 zien we een toename van de kosten in de bovenregionale contractering en niet ingekocht aanbod. Deze kosten zijn niet te voorzien, zeer specialistisch en bovendien moeilijk beïnvloedbaar. De jeugdzorg voor een beperkt aantal kinderen leidt daarbij tot een zeer hoog kostenniveau. Ter beheersing van de kosten in de jeugdzorg is vanaf december 2020 een pilot gestart met gezinscoaches. In oktober 2021 is deze pilot geëvalueerd en de uitkomsten zijn veelbelovend.


Het sociaal domein laat in 2021 ondanks de toename van de kosten toch een voordelig saldo zien. Dat komt doordat we reserveringen voor nog te verwachten kosten specialistische jeugdhulp van 2018 tot en met 2020 vrij hebben laten vallen in 2021. Het saldo van het sociaal domein wordt jaarlijks vereffend met de reserve Sociaal domein. Door deze vrijval van reserveringen jeugd is het saldo Sociaal domein positief en is er € 350.050 toegevoegd aan de reserve Sociaal domein. Vanaf 2022 gelden strengere eisen aan de facturatietermijnen na het starten en stoppen van zorg zodat de financiën beter beheersbaar worden.

Bedrijfsvoering (OVER-gemeenten)

In het Voorjaarsbericht 2021 van OVER-gemeenten is de OVER-gemeenten-begroting 2021 incidenteel bijgesteld met 1,5 miljoen, waarvan 62% ten laste van de Gemeente Wormerland komt, zijnde € 930.000. De reden van deze incidentele budgetbijstelling is het enorme personeelsverloop, de moeilijke arbeidsmarkt, hoge ziekteverzuim en de daarmee samenhangende hogere kosten voor inhuur personeel.

Algemene Uitkering

De werkelijk ontvangen Algemene Uitkering (€ 23.959.755) was hoger dan het hierboven genoemde bedrag in de primaire begroting. Dus in die zin heeft het risico zich niet voorgedaan.

Het begrotingseffect van de Decembercirculaire 2021 was € 200.841 positief. Om de begroting aan te passen komt de informatie uit de Decembercirculaire altijd te laat. Begroot is de stand van de Septembercirculaire 2021. Naast de Decembercirculaire is er € 23.000 meer dan begroot aan algemene uitkering voorgaande jaren ontvangen. Het positieve saldo ten opzichte van de begroting is niet toegevoegd aan de hiervoor bestemde Egalisatiereserve Algemene Uitkering. De reden hiervoor is dat in december 2021 de raad een besluit heeft genomen om vanaf 2022 een structurele toevoeging aan deze reserve te begroten van € 250.000 om de, vaak substantiële, fluctuaties in onze grootste inkomstenbron op te vangen en zo begrotingsrust te creëren en het risico te beperken. Door deze structurele begrote toevoeging is het niet nodig een toevoeging aan deze reserve te doen in 2021.

 

Risicobeheersing

Terug naar navigatie - Risicobeheersing

We hanteren een gestructureerde en systematische aanpak van risicomanagement. Op basis van het risicoprofiel definiëren we beheersmaatregelen. Hierbij maken we een keuze uit de volgende beheersmaatregelen:

  • Vermijden Dit houdt in dat het beleid waar een risico door ontstaat wordt beëindigd, op een andere manier wordt vorm gegeven of geen beleid gestart wordt dat een risico met zich meebrengt.
  • Verminderen Het risico afdekken door middel van een verzekering, voorziening of budget in de begroting.
  • Overdragen Het beleid dat een risico met zich meebrengt uit laten voeren door een andere partij die daarbij ook de financiële risico’s overneemt.
  • Accepteren Accepteren dat er een risico is en de eventuele financiële schade volledig via de weerstandscapaciteit af dekken.

Risico's worden gedurende het jaar op actualiteit beoordeeld en worden in de diverse rapportages van de planning- en controlcyclus aangepast.

 

Risicobeheersing Algemene Uitkering

In december 2021 heeft raad een besluit heeft genomen om vanaf 2022 een structurele toevoeging aan de Egalisatiereserve algemene uitkering te begroten van € 250.000 om de, vaak substantiële, fluctuaties in onze grootste inkomstenbron op te vangen en zo begrotingsrust te creëren en het risico te beperken. Een beheersmaatregel om het risico te verminderen.

 

Risicobeheersing Verstrekkingen Sociaal Domein

De pilot 'gezinscoaches' die vanaf december 2020 is ingezet ter beheersing van de kosten in de jeugdzorg wordt ook in 2022 voortgezet. Een beheersmaatregel om het risico te verminderen.

 

Kosten OVER-gemeenten

Naar aanleiding van het Voorjaarsbericht 2022 van OVER-gemeenten wordt vanaf 2023 een budget voor ‘Onvoorzien’ in de begroting van OVER-gemeenten toegevoegd en wordt een transitiebudget gevraagd om te komen naar de gewenste organisatie (van inhuur naar vast personeel). Dit zijn beheersmaatregelen (door OVER-gemeenten) om het risico van budgetaanvraag richting de deelnemende gemeentes te verminderen.

Financiële kengetallen

Terug naar navigatie - Financiële kengetallen

Vanuit de BBV (Besluit Begroting en Verantwoording) worden deze financiële getallen opgenomen. Deze moeten meer zicht geven over de financiële positie en de vergelijkbaarheid daarvan met andere gemeenten.

 

Netto schuldquote

De netto schuld weerspiegelt het niveau van de schuldenlast van de gemeente ten opzichte van de eigen middelen. De netto schuldquote geeft een indicatie van de druk van de rentelasten en de aflossingen op de exploitatie.  

Netto schuldquote

(bedragen x € 1.000)

31-12-2020

Jaarrekening

31-12-2021

Begroting

31-12-2021

Jaarrekening

 A Vaste schulden € 14.366 € 15.340 € 15.347
 B Netto vlottende schulden € 3.318 € 1.500 € 4.190
 C Overlopende passiva € 4.647 € 1.957 € 2.383
 D Financiële activa (incl. verstr. len.) € 4.367 € 4.674 € 4.768
 E Uitzettingen < 1 jaar € 7.265 € 1.000 € 7.390
 F Liquide middelen € 181 € 150 € 451
 G Overlopende activa € 1.372 € 500 € 437
 H Totale baten (excl. mut. reserves) € 40.912 € 37.258 € 40.019
 Netto schuldquote (A+B+C-D-E-F-G)/Hx100% 22% 35% 22%

 

Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen

Om inzicht te verkrijgen in hoeverre sprake is van doorlenen wordt de netto schuldquote zowel in- als exclusief doorgeleende gelden weergegeven. Op die manier wordt duidelijk in beeld gebracht wat het aandeel van de verstrekte leningen is en wat dit betekent voor de schuldenlast.

Netto schuldquote gecorrigeerd voor verstrekte leningen

(bedragen x € 1.000)                    

31-12-2020

Jaarrekening

31-12-2021

Begroting

 31-12-2021

Jaarrekening

 A Vaste schulden € 14.366 € 15.340 € 15.347
 B Netto vlottende schulden € 3.318 € 2.000 € 4.190
 C Overlopende passiva € 4.647 € 1.957 € 2.383
 D Financiële activa (excl. verstrekte leningen) € 803 € 803 € 803
 E Uitzettingen < 1 jaar € 7.265 € 1.000 € 7.390
 F Liquide middelen € 181 € 150 € 451
 G Overlopende activa € 1.372 € 500 € 437
 H Totale baten (excl. mutaties reserves) € 40.912 € 37.258 € 40.019
 (A+B+C-D-E-F-G)/H x 100% 31%  45% 32%

 

Solvabiliteitsratio

Dit kengetal geeft inzicht in de mate waarin de gemeente in staat is aan haar financiële verplichtingen te voldoen. Deze ratio geeft aan het Eigen Vermogen als percentage van het Totale Vermogen.

Hoe hoger de solvabiliteit, hoe beter de financieringspositie van de gemeente.

Solvabiliteitsratio

(bedragen x € 1.000)

31-12-2020

Jaarrekening

31-12-2021

Begroting

31-12-2021

Jaarrekening

 A Eigen vermogen

€ 16.973  € 17.544 € 16.119
 B Balanstotaal € 44.876   € 40.992 € 44.253
 Solvabiliteit (A/B) x 100%  38% 43% 36%

 

Kengetal Grondexploitatie

Grondexploitatie kan een forse impact kan hebben op de financiële positie van een gemeente. De boekwaarde van de voorraden grond is van belang, omdat deze waarde moet worden terugverdiend bij de verkoop. De accountant beoordeelt ieder jaar of de gronden tegen een actuele waarde op de balans zijn opgenomen. Zoals uit onderstaand staatje blijkt, is er in Wormerland geen sprake van hoge boekwaarden van grondexploitatie ten opzichte van de exploitatie (in dit geval totale baten). Per 1 jan 2018 hebben we alle gronden die deel uitmaakten van de grondexploitaties verkocht, zodat de totale boekwaarde hiervan per 31-12-2020 € 0 is, en het kengetal dus ook.

Kengetallen grondexploitatie

(bedragen x € 1.000)

31-12-2020

Jaarrekening

31-12-2021

Begroting

31-12-2021

Jaarrekening

 A Niet in exploitatie genomen bouwgronden

€ 0 € 0 € 0
 B Bouwgronden in exploitatie € 0 € 0 € 0
 C Totale baten (exclusief mutaties reserves) € 40.912   € 37.258 € 40.019
 Grondexploitatie(A+b)/C x 100% 0% 0% 0%

 

Structurele exploitatieruimte

Voor de beoordeling van het structurele en reële evenwicht van de begroting wordt het onderscheid gemaakt tussen structurele en incidentele lasten. Een begroting waarvan de structurele baten hoger zijn dan de structurele lasten is meer flexibel dan een begroting waarbij structurele baten en lasten in evenwicht zijn.

Structurele exploitatieruimte

(bedragen x € 1.000)

31-12-2020

Jaarrekening

31-12-2021

Begroting

31-12-2021

Jaarrekening

 A Totale structurele lasten

€ 37.996 € 37.240 € 39.040
 B Totale structurele baten € 36.226 € 37.258 € 39.654
 C Totale structurele toevoegingen aan reserves € 740 € 193 € 650
 D Totale structurele onttrekkingen aan reserves € 695 € 291 € 1.807
 E Totale baten (exclusief mutaties reserves) € 40.912 € 37.258 € 40.019
 Structurele expl.ruimte ((B-A)+ (D-C))/E x 100%  -4%  0%  4%

 

Belastingcapaciteit: Woonlasten meerpersoonshuishouden

De ruimte die een gemeente heeft om zijn belastingen te verhogen wordt vaak gerelateerd aan de totale woonlasten. Onder de woonlasten worden verstaan de OZB, de rioolheffing en de afvalstoffenheffing voor een woning met gemiddelde WOZ-waarde in die gemeente. De belastingcapaciteit van gemeenten wordt daarom berekend door de totale woonlasten meerpersoonshuishouden in jaar t te vergelijken met het landelijk gemiddelde in jaar t-1 en uit te drukken in een percentage.

Belastingcapaciteit: Woonlasten

31-12-2020

Jaarrekening

31-12-2021

Begroting

31-12-2021

Jaarrekening

A OZB-lasten gezin bij gem. WOZ-waarde *) € 324 € 322 € 367
 B Rioolheffing gezin bij gem. WOZ-waarde € 234 € 243 € 243
 C Afvalstoffenheffing voor een gezin € 331 € 336 € 336
 D Evt. heffingskorting      
 E Totale woonlasten gezin bij gem. WOZ-waarde € 889 € 902
€ 946
 F Woonlasten landelijk gem. gezin t-1 € 733 € 776 € 773
Woonlasten t.o.v. landelijk gem. jaar ervoor (E/F) x 100%  121% 116%  122%

*) Bij de OZB-lasten 2020 is uitgegaan van de gemiddelde WOZ-waarde van € 295.000, tegen het eigenaarstarief (0,10994%).  Bij de Jaarrekening 2021 OZB-lasten 2021 is uitgegaan van de gemiddelde WOZ-waarde van € 324.000, tegen het eigenaarstarief (0,11332%).  Hierin is niet meegenomen dat een deel van de gezinnen geen eigen woning heeft. Niet bekend is hoe dit bij de landelijk gemiddelde woonlasten is verwerkt.  

 

Paragraaf Onderhoud kapitaalgoederen

Waar gaat deze paragraaf over?

Terug naar navigatie - Waar gaat deze paragraaf over?

Alle kapitaalgoederen moeten worden onderhouden. De status van het onderhoud bepaalt de kwaliteit van het voorzieningenniveau. Deze paragraaf beschrijft welke werkzaamheden in 2021 zijn uitgevoerd en vormt daarmee een dwarsdoorsnede van de jaarrekening.

Onderhoud Kapitaalgoederen

Terug naar navigatie - Onderhoud Kapitaalgoederen

In onderstaande tabel zijn de van belang zijnde gegevens per kapitaalgoed weergegeven:

Categorie

Beleidskaders

Gewenst

niveau1

Looptijd2

Fin.

cons?3

Uitgaven 2021

t.l.v. exploitatie/

voorziening/investering

Raming volledig4

 AOH?5

Vold. Res?6

Wegen

Planmatig 

onderhoud

Voldoende

2013-2018

 

€ 922.220 (m.n. Ketelhuisterrein en Watermuntstraat) t.l.v. investeringen

 ja

 nee

 n.v.t.

Openbare verlichting

Invoeren LED verlichting

Voldoende

2015-2030

 

 € 118.884 t.l.v. exploitatie

 ja

 nee

 n.v.t.

Riolering

GRP

Voldoende

2018-2023

 

 € 228.986 t.l.v. exploitatie

 ja

 nee

 n.v.t.

Water

Beleid HHNK (schouwen)

Voldoende

2011-2021

 

 € 53.059 t.l.v. exploitatie

 ja

 nee

 n.v.t.

Groen

Groenstructuur-

plan

Voldoende

2015-2024

 

 € 474.3571t.l.v. exploitatie

 ja

 nee

 n.v.t.

Bruggen en kunstwerken

Civieltechnische kunstwerken

Instandhoudingsinspectie en risicoscan uit 2020 (+ vervolgonderzoeken 9 bruggen) + aanvullend MJP voor de mechanische en elektrische installaties van twee bediende ophaalbruggen

Voldoende

2018-2022

 

 € 81.121 t.l.v. voorziening

€ 83.076 t.l.v. investering

 ja

 nee

 n.v.t.

Gebouwen

Meerjarenonder-houdsplannen (MOP's)

Goed

2019-2040

 

 € 262.486 t.l.v. voorziening

 ja

 nee

 n.v.t.

 

1. Gewenst kwaliteitsniveau

2. Beheers- en onderhoudsplannen / looptijd

3. Financiële consequenties conform plannen

4.Raming volledig en reëel in begroting

5.Is er sprake van achterstallig onderhoud (AOH)?

6. Zo ja, zijn er voldoende reserves/voorzieningen voor het achterstallig onderhoud (AOH)?

 

Ontwikkelingen

Terug naar navigatie - Ontwikkelingen

Wegen 
Werkzaamheden aan het Ketelhuisterrein zijn afgerond in 2021. Daarnaast is er een project uitgevoerd ten behoeve van het parkeerterrein bij zwembad Het Zwet en is het reguliere onderhoudsprogramma uitgevoerd.


Openbare verlichting
In 2021 heeft een duurzame herinrichting van de openbare verlichting Watermuntstraat-Koningsvarenstraat plaatsgevonden.

 

Riolering
Er zijn geen grootschalige werkzaamheden op het gebied van riolering uitgevoerd in 2021, alleen het reguliere onderhoudsprogramma.


Water
Werkzaamheden aan het Ketelhuisterrein zijn afgerond in 2021. Daarnaast zijn er een aantal projecten geweest ten behoeve van baggeren.


Groen
Werkzaamheden aan het Ketelhuisterrein zijn afgerond in 2021. Daarnaast heeft er regulier onderhoud plaats gevonden aan bomen, door de weeromstandigheden meer dan gepland.


Bruggen en duikers 
In 2021 heeft het reguliere onderhoudsprogramma plaats gevonden op basis van het actuele beheerprogramma. Daarnaast zijn Barnde-molen bruggen in Jisp vernieuwd.


Gebouwen
Voor het onderhoud aan de gebouwen is een Meerjarenonderhoudsplan (MOP). Uitgangspunt is een onderhoudsniveau van voldoende tot goed.

Paragraaf Grondbeleid

Visie Grondbeleid

Terug naar navigatie - Visie Grondbeleid
De visie voor het in deze gemeente te voeren grondbeleid is door de gemeenteraad verwoord in de vastgestelde Nota Grondbeleid Wormerland. In de nota is uitgesproken dat het grondbeleid moet worden beschouwd als een instrument om andere gemeentelijke beleidsdoelstellingen te realiseren. De gemeente voert geen actieve grondpolitiek en gaat voort met het huidige facilitaire beleid, waarbij gebruikgemaakt wordt van alle ten dienste staande instrumenten en mogelijkheden.
Uitgangspunt blijft dat de gemeente allereerst een intentieovereenkomst sluit met de ontwikkelaar en vervolgens een anterieure overeenkomst, om zo de door de gemeente gemaakte en te maken kosten kan verhalen op de ontwikkelaar. Bij de uitgifte van gronden en panden wordt een marktconforme prijs gehanteerd, die bij meer dan 50 m2 door een extern onafhankelijke partij bepaald wordt. Uitsluitend indien sprake is van uitgifte van grond ten behoeve van een maatschappelijke, niet commerciële functie kan een lagere prijs worden gehanteerd in bijzondere door het college te bepalen gevallen.
 
Geen bouwgrondexploitaties meer
Er zijn geen gronden meer in eigendom die vallen onder de bouwgrondexploitatie.

Aantal nieuwe woningen per locatie

Terug naar navigatie - Aantal nieuwe woningen per locatie

Voor de periode 2021-2024 stonden in de begroting 2021 de volgende locaties gepland:

Locaties:

Begroting 2021

gepland aantal 

te realiseren woningen 2021-2024

Jaarrekening 2021

werkelijk aantal

gerealiseerde woningen in 2021

Watermuntstraat circa 14* 14*
Gele Lisstraat circa 94* 0
Portiekblokken Spatterstraat circa 6* 6*
Neck Zuid circa 45 45
Wormervelden circa 220 0
Zaandriehoek circa 270 0
Sluisstraat en vm school Oostknollendam circa 16 0
Veerdijk 56 circa 6 0
Veerdijk 57 circa 15 0
Veerdijk 58 circa 39 0
Veerdijk 59 circa 3 0
Lepelbladstraat circa 12 0
TOTAAL circa 740 in 4 jaar
65

*) Deze aantallen betreft het saldo van nieuwbouw minus sloop

 

De nieuwbouw van woningen vindt voornamelijk plaats op locaties binnen de bestaande kernen. Bouwen binnen bestaand stedelijk gebied blijft daarbij het uitgangspunt, immers het behoud van het groene en landelijke karakter is een belangrijke pijler. Het afgelopen jaar zijn onder andere het project Neck-Zuid en de vernieuwde Watermuntstraat opgeleverd. Bovendien is het project Zaandriehoek in 2021 vlot getrokken en zijn serieuze stappen gezet binnen het project Wormervelden. In het bijzonder voor de Zaandriehoek geldt dat de planfase in 2021 vrijwel geheel afgrond is, en dat in 2022 de eerst stappen naar realisatie gezet kunnen worden. 

Paragraaf Verbonden partijen

Algemeen

Terug naar navigatie - Algemeen
In deze paragraaf geven wij u het totaaloverzicht van onze samenwerkingsverbanden. Deze staan uitgesplitst per programma.
 
De gemeenschappelijke regelingen voeren het beleid en het beheer op de betreffende terreinen uit voor de gemeente. In het algemeen geldt dat voor een gemeenschappelijke regeling wordt gekozen indien de gemeente dit beleid niet alleen, dan wel niet doeltreffend en doelmatig kan uitvoeren. Via deze 'verbonden partijen' (samenwerkingsverbanden) werken wij met andere partijen samen om onze lokale ambities en doelen te bereiken.
 
Waarom samenwerking?
De gemeente Wormerland werkt al jaren intensief samen met de gemeente Oostzaan. Deze samenwerking draagt bij aan het realiseren van onze lokale doelen en ambities en dient dus een publiek belang.
 
De organisaties waarin wij deelnemen, dus onze verbonden partijen, maken voor ons beleid of voeren voor ons beleid uit. In principe zouden wij dat ook zelf kunnen doen. Er zijn vier redenen waarom wij een aantal van onze taken toch door een verbonden partij laten oppakken:
  1. via samenwerkingsverbanden kan worden samengewerkt aan beleidsuitdagingen die gemeentegrensoverschrijdend zijn of die voor meerdere gemeenten van groot belang zijn;
  2. sommige taken vragen specialistische kennis die onze eigen organisatie niet kan bieden;
  3. het beleggen van taken bij een samenwerkingsverband kan efficiënter/goedkoper zijn dan de taken in de eigen organisatie te beleggen, waardoor voor minder geld minstens dezelfde (maar vaak een hogere) kwaliteit geleverd kan worden;
  4. voor sommige beleidsterreinen is het wettelijk verplicht om een samenwerkingsverband op te richten.
De ambtelijke organisatie zorgt ervoor dat de afstemming tussen gemeente en regionale samenwerkingsverbanden goed verloopt.
 

Wat is een verbonden partij precies?
Een verbonden partij is een privaat- dan wel publiekrechtelijke organisatie waarin de gemeente een financieel én bestuurlijk belang heeft:
•    de gemeente financiert (samen met de andere deelnemers) de verbonden partij. Mocht de verbonden partij onverhoopt failliet gaan of zijn financiële verplichtingen niet na kunnen komen, dan is de gemeente aansprakelijk;
•    de gemeente heeft zeggenschap door vertegenwoordiging (via bijvoorbeeld de burgemeester, een collegelid of een raadslid), dan wel via hoofde van stemrecht, in het bestuur van de verbonden partij.

Een belangrijk onderscheid is het verschil tussen publiekrechtelijke en privaatrechtelijke verbonden partijen. Daarnaast bestaat er nog een mengvorm, de zogenaamde publiek-private samenwerkingsverbanden (PPS-constructies).

 
Motie 'Gemeenschappelijke Regelingen'
Op 25 juni 2019 heeft de gemeenteraad van Wormerland een motie 'Gemeenschappelijke Regelingen' aangenomen. Naar aanleiding van deze motie is een kaderstellende raadswerkgroep ingesteld ter invulling van de formele rol van de raad als kadersteller, controleur en volksvertegenwoordiger voor de taken ondergebracht in diverse Gemeenschappelijke Regelingen. De raadswerkgroep heeft een 'Concept Nota verbonden partijen gemeente Wormerland' gemaakt. In de raad van 21 december 2021 is een initiatiefvoorstel aangenomen die heeft geleid tot een update van deze 'Concept Nota verbonden partijen gemeente Wormerland'. Besluitvorming over deze nota en over de nog te maken 'Nota uitgangspunten Verbonden partijen' volgt in 2022. Bij wijze van pilot zal de raadswerkgroep nog voor de gemeenteraadsverkiezingen 2022 advies uitbrengen aan de raad over 2 a 3 nog nader te bepalen verbonden partijen.

Programma 2 Ruimtelijke ontwikkeling

Terug naar navigatie - Programma 2 Ruimtelijke ontwikkeling

 

 

Nationaal Landschap Laag-Holland

Site

http://www.laagholland.nl/nationaal-landschap

Kerngegevens

Nationaal Landschap Laag Holland

Missie

De organisatie Laag Holland voert de regie over het Nationaal Landschap. Visievorming op de vele thema’s (landschap, landbouw, natuur, water, recreatie, communicatie) vindt in de stuurgroep plaats.

Visie

Laag, lager, laagst. Mens en natuur hebben in Laag Holland samengewerkt om iets heel moois onder de zeespiegel te maken. Dat vind je terug in de openheid, de prachtige rechte lijnen, en de beschermde stads- en dorpsgezichten. Daarom is Laag Holland een nationaal landschap. Dat betekent dat het landschap intact moet blijven. Geen grootschalige nieuwbouw dus, maar oude molens, droogmakerijen, weidse uitzichten, en ruimte voor rust en natuur.

Doel / openbaar belang

Nationaal Landschap Laag Holland is een samenwerkingsverband tussen diverse partijen (provincie, gemeenten, hoogheemraadschap, natuur- en landbouworganisaties) dat zich inzet voor het behoud van de kernkwaliteiten van Nationaal Landschap Laag Holland.

Ontwikkelingen 

De gemeente is in 2021 lid geworden van de regiegroep Laag Holland. Tijdens de eerste vergadering heeft de gemeente zijn wensen voor het gebied kenbaar gemaakt en aangegeven mee te willen werken ofwel aan te willen haken bij projecten die mogelijk gevolgen hebben voor de gronden in de gemeente. Er worden pilotprojecten ontwikkeld onder andere op het gebied van bodemdaling. De gemeente gaf aan graag mee te willen werken aan deze projecten om gezamenlijk te werken aan oplossingen.

Financiën

Er zijn geen specifieke gegevens bekend voer de financiële huishouding van Nationaal Landschap Laag Holland, omdat deze post is opgenomen in de boekhouding van de provincie Noord-Holland.

Mogelijke risico’s voor de gemeente

Geen

 

 

 

 

GR Recreatieschap Twiske-Waterland

Site

http://www.hettwiske.nl

Kerngegevens

Recreatieschap Twiske-Waterland, gevestigd in Haarlem.

31.000 hectare werkgebied, waarvan 718 hectare beheergebied met 200 hectare water

Missie

Recreatie in het gebied Twiske-Waterland versterken. Het doel van de Gemeenschappelijke Regeling is:

  1. het bevorderen van een evenwichtige ontwikkeling in de openluchtrecreatie;
  2. in samenhang met het vorenstaande tot stand brengen en bewaren van een evenwichtig natuurlijk milieu;
  3. het tot stand brengen en duurzaam in stand houden van het specifiek en gedifferentieerde karakter van het landschap door bescherming, ontwikkeling en consolidatie van de waarden die het in zich draagt en
  4. het verwerven van inkomsten uit het recreatiegebied ter verwezenlijking en instandhouding van dedirect hiervoor genoemde doelstellingen.

Visie

Twiske-Waterland is ingericht als recreatiegebied om gemeenten en natuurgebieden te ontlasten en aantrekkelijke recreatiemogelijkheid te bieden aan recreanten uit omliggende gemeenten en de  regio. Het recreatieschap heeft drie hoofdactiviteiten:

- Beheren en in stand houden van de ingerichte gebieden en voorzieningen;
- Beheren en in stand houden routenetwerken en boerenlandpaden;
- Actueel houden en vernieuwen van het aanbod om aan te sluiten bij wensen en behoeften van de recreant.

Doel / openbaar belang

Het besturen en beheren van recreatiegebieden. Gezien de ligging en het gebruik van het gebied door de inwoners heeft de provincie/gemeente een direct maatschappelijk belang bij het realiseren van de doelen en neemt daarom deel aan de gemeenschappelijke regeling.

Ontwikkelingen 

•    In de zomervergadering van het algemeen bestuur in 2021 is besloten meer aandacht te geven aan gemeentelijke en provinciale ambities en aan te sluiten bij regionale programma’s op het gebied van recreatie- en natuurontwikkeling. Dit heeft bij de evaluatie geleid tot het uitbreiden van het uitvoeringsprogramma met een lijst van projecten en meekoppelkansen. Het moment van uitvoeren en de mate van deelnemen moet nog worden vastgesteld. Ook de gemeente Wormerland werk samen met het recreatieschap rondom het ontwikkelen van recreatiemogelijkheden binnen de gemeente. De gemeente Wormerland valt namelijk binnen het Waterland gebied.

•    Het project Recreatief Grid Laag Holland is onderdeel van het uitvoeringsprogramma. In dat kader werd op donderdag 18 november 2021 een congres georganiseerd over recreatie, toerisme en de identiteit van het gebied Laag Holland.

•    Er is onderzoek uitgevoerd naar de aanwezige waarden en eventuele mitigerende of beschermende maatregelen van de extensieve gebieden binnen het Twiske. Dat onderzoek werd eind van het jaar opgeleverd en de adviezen daarin worden gebruikt voor optimaliseren van het beheer en het realiseren van een van de drie hoofdambities van het recreatieschap: meer biodiversiteit. De onderzoeksgegevens werden tevens benut voor het actualiseren van het Natura2000 beheerplan in 2022 welke op dit moment wordt opgesteld door de provincie. Het onderzoek geeft echter nog geen definitief antwoord of evenementen in het gebied wel of niet schade doen aan de natuur. De conclusie hierop is dat er meer onderzoek nodig is.

•    Het recreatieschap heeft na diverse pogingen in de afgelopen 10 jaar een geschikte partij gevonden die zorgboerderij De Marsen conform het bestemmingsplan gaat ontwikkelen tot een woonzorglocatie met dagbesteding.

•    De besturen van de Recreatieschappen Spaarnwoude, Twiske-Waterland, Groengebied
•    Amstelland, Recreatiegebied Alkmaarder- en Uitgeestermeer en Geestmerambacht hebben besloten tot het oprichten van een bestuursbureau recreatieschappen. Hierdoor ontstaat een duidelijkere opdrachtgever-opdrachtnemer-relatie tussen de recreatieschappen en de uitvoeringsorganisatie Recreatie Noord-Holland n.v.

•    Eind oktober 2021 is een uitbreiding van het wandelnetwerk Laag-Holland opgeleverd. Het project omvatte de realisatie van wandelroutes in Amsterdam-Noord, met aansluitingen op het bestaande wandelnetwerk in Landelijk Noord.

•    Aan het eind van 2021 werd groot onderhoud uitgevoerd aan een deel van het ruiterpad op het traject Purmerbos- Groengebied Purmerland.

•    Ter gelegenheid van het 100-jarig bestaan van een bouwbedrijf uit Amsterdam en omdat zij iets wilde doen ten gunste van de natuur heeft het bouwbedrijf besloten om 100 bomen te schenken aan het recreatiegebied Het Twiske. Naast de 100 bomen zijn er ook 4 banken geschonken die een mooie plaats in het gebied krijgen.
•    Bij restaurant de Appel In het Twiske werd een duurzaam oplaadpunt voor elektrische fietsen geplaatst.

•    Er is 115 km thema-fietsroute gerealiseerd. 

•    De Stelling van Amsterdam is uitgebreid met de Nieuwe Hollandse Waterlinie als gezamenlijk werelderfgoed Hollandse Waterlinies en er is een landelijke fietsroute langs deze en de aansluitende Brabantse waterlinie.

Eigen Vermogen 1 januari 2021

€ 4.971.199

Eigen Vermogen 31 december 2021

€ 5.091.543

Vreemd Vermogen 1 januari 2021

€ 571.889

Vreemd Vermogen 31 december 2021

€ 468.982

Bijdrage gemeente aan GR 2021

€ 15.454

Resultaat van de GR 2021

€ 120.345

Mogelijke risico’s voor de gemeente

Laag risico. Risico's waarvoor geen voorzieningen zijn getroffen: stormschade, natuurbrand en vandalisme

 

Programma 4 Maatschappelijke ontwikkeling

Terug naar navigatie - Programma 4 Maatschappelijke ontwikkeling

 

 

Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst  (GGD)

Site

ggdzw.nl

Kerngegevens

Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst Zaanstreek-Waterland, Zaandam

Missie

GGD Zaanstreek-Waterland beschermt, bewaakt en bevordert de gezondheid en de sociale veiligheid van alle mensen in de regio. Daarbij staat een preventieve en collectieve aanpak voorop, met specifieke aandacht voor bevordering van participatie en ondersteuning van de eigen regie van mensen. Als uitvoeringsorganisatie van de gemeenten sluit de GGD aan bij de gemeentelijke verantwoordelijkheden in het sociaal domein.

Visie

De GGD gaat voor doorontwikkeling van de eigen kwaliteiten, aansluiten bij en inspelen op nieuwe ontwikkelingen, hanteren van een helder afwegingskader voor de uitvoering van contracttaken, investeren in verbinding.

Doel / openbaar belang

De GGD gaat voor: doorontwikkeling van de eigen kwaliteiten, aansluiten bij en inspelen op nieuwe ontwikkelingen, hantering van een helder afwegingskader voor de uitvoering van contract-taken, investeren in verbinding.

Ontwikkelingen

Ook 2021 is een bewogen jaar. De Corona pandemie vereiste nog steeds een extra inzet. Gelukkig werd de vraag naar extra inzet gedurende het jaar minder doordat de pandemie kleiner werd. De benodigde maatregelen, zoals brononderzoek e.d., werd hierdoor ook steeds een kleinere vraag. Dit zorgde ervoor dat achtergebleven werkzaamheden opgepakt konden worden. Er is een flinke inhaalslag gemaakt op diverse terreinen (zorg voor zuigelingen tot kinderen). Het is onduidelijk of alle achterstanden zijn ingehaald. In de Jaarstukken wordt niet bij alle activiteiten en taken de zorg gecategoriseerd en gespecificeerd per gemeente. Dit wordt nog nader uitgevraagd.
Begin 2021 is het traject GGD 3.0 gestart voor een herijking van de GGD Zaanstreek-Waterland om deze toekomstbestendig te maken. In regionaal verband wordt door middel van GGD 3.0 onderzocht welke GR-taken en contracttaken GGD Zaanstreek-Waterland voor de gemeenten uitvoert en welke financieringsstromen er zijn. Aan de hand van dit onderzoek wordt bekeken welke taken er onder de GR gebracht kunnen worden in de toekomst en tegen welke prijs. Onderwerpen van onderzoek zijn o.a. ICT, archivering, huisvesting en de doorbelasting van de kosten voor bedrijfsvoering/overhead, waarbij de eerste inschatting is dat er sprake is van achterstanden vanuit het verleden. Tot het onderzoek is afgerond kunnen wij nog geen uitspraak doen over de hoogte van het bedrag, maar we verwachten een stijging van de kosten.

Eigen Vermogen 1 januari 2021

€ 959.319

Eigen Vermogen 31 december 2021

€ 1.129.650

Vreemd Vermogen 1 januari 2021

€ 10.785.071

Vreemd Vermogen 31 december 2021

€ 13.628.182

Bijdrage gemeente aan GR 2021

€ 588.831

Resultaat van de GR 2021

€ 148.832

Mogelijke risico’s voor de gemeente

Als zich in de regio calamiteiten voordoen die een bedreiging vormen voor de volksgezondheid (bijvoorbeeld uitbraak infectieziekte), of in het kader van de rampenbestrijding inzet vragen van de GGD, zullen hieruit kosten voortvloeien. Met deze kosten is in de begroting geen rekening gehouden.

In dit kader kan de coronacrisis worden aangehaald. Deze crisis heeft echter niet geleid tot financiële risico’s. Vanaf het allereerste begin van de crisis was duidelijk dat de GGD de uit deze crisis voortkomende extra kosten niet zelf zou kunnen dragen. Hiervoor is financiële ondersteuning van het rijk ontvangen.

Vanuit de strategische risico-inventarisatie worden drie risico’s benoemd door de GGD:
- beleidsveranderingen van de gemeenten;
- veranderde werkwijze politie;
- veranderende werkwijze GGZ.

 

Programma 5 Leefomgeving

Terug naar navigatie - Programma 5 Leefomgeving

 

 

 Omgevingsdienst IJmond (OD IJmond)

Site

www.odijmond.nl

Kerngegevens

 

Missie

OD IJmond draagt bij aan het bereiken en in stand houden van een veilige en duurzame fysieke leefomgeving en een goede omgevingskwaliteit binnen ons werkgebied. Daarbinnen inspireert OD IJmond burgers en bedrijven tot het nemen van eigen verantwoordelijkheid. Het resultaat is een landelijk vooruitstrevende en toekomstbestendige voorbeeldorganisatie waar partners met vertrouwen mee samenwerken.

Visie

OD IJmond werkt, als onderdeel van het openbaar bestuur, samen met burgers, bedrijven en overheden aan een evenwichtige en duurzame ontwikkeling van onze leefomgeving. Naast vergunningverlening, toezicht en handhaving bij bedrijven, adviseert OD IJmond over de verschillende aspecten van de fysieke leefomgeving en duurzaamheid binnen het ruimtelijke domein.
In de uitvoering van onze taken vervult OD IJmond een proactieve, regisserende en vooral verbindende rol. Als procesregisseur met kennis van zowel Inhoud als uitvoering bevordert OD IJmond een integrale aanpak binnen het ruimtelijk domein en koppelt OD IJmond de juiste partijen aan elkaar. Daarbij is kwalitatieve en adequate dienstverlening leidend. Initiatieven van burgers en bedrijven vragen van OD IJmond een open houding, gericht op wederzijds vertrouwen. Als kennisorgaan anticipeert OD IJmond hierop en faciliteert met een helder inzicht in het speelveld, binnen de kaders van de wet- en regelgeving.

Doel / openbaar belang

De beleidslijnen die door de gemeenten Beemster, Beverwijk, Haarlem, Heemskerk, Purmerend, Uitgeest en Velsen en de Provincie Noord-Holland in hun milieubeleidsplannen en overeenkomsten zijn neergelegd, bepalen in 2019 welke werkzaamheden uitgevoerd worden en worden vastgelegd In het uitvoeringsprogramma 2019 van OD IJmond. De OD IJmond heeft zelf geen milieubeleidsdoelstellingen en is een uitvoerende dienst.

Ontwikkelingen

Met het Jaarverslag 2021 geeft de Omgevingsdienst IJmond inzicht in wat de Omgevingsdienst IJmond in opdracht van de gemeentebesturen en het provinciebestuur in 2020 heeft uitgevoerd. De werkzaamheden van de Omgevingsdienst IJmond zijn vooral gericht op het uitvoeren van de ‘klassieke’ milieutaken voor de deelnemers o.b.v. de gemeentelijke Milieubeleidsplannen die voor een periode van vier jaar worden opgesteld. Naast dit basistakenpakket geeft de Omgevingsdienst IJmond voor een groot aantal gemeenten ook uitvoering aan de overige milieutaken (zowel vergunningverlening, toezicht en handhaving als milieuadvisering en beleidsvoorbereiding en uitvoering). Tot slot wordt in een aantal gemeenten ook toezicht verricht t.a.v. brandveiligheid, Bouw- en Woningtoezicht, de Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht (WABO), Algemene Plaatselijke Verordeningen (APV) en Drank- en Horecawetgeving.

2021 stond in het teken van COVID-19. De Omgevingsdienst IJmond heeft ernaar gestreefd continuïteit te leveren t.a.v. de reguliere werkzaamheden en uitvoering te geven aan noodzakelijke (digitale) besluitvorming. Hiervoor zijn de nodige interne en bedrijfsmatige maatregelen genomen. Medewerkers werken zoveel als mogelijk vanuit huis, toezicht vindt veelal administratief plaats. Voorts zijn bestuursvergaderingen en –besluiten in digitale vorm uitgevoerd. In 2021 hebben we een aantal incidentele taken met de huidige formatie kunnen uitvoeren. Mede hierdoor en een incidentele daling van onder andere de kapitaallasten is.
Verder is het belangrijk te vermelden dat in 2020 verder invulling is gegeven aan de invoering van de Omgevingswet per 1 januari 2023 en aan de energietransitie.

Belangrijke ontwikkelingen die op de Omgevingsdienst afkomen zijn:

De Omgevingswet

Naar verwachting treedt per 1 januari 2023 de Omgevingswet in werking. De Omgevingswet resulteert in een algehele stelselherziening voor de wet- en regelgeving, die gaat over de kwaliteit van de fysieke leefomgeving. Met de inwerkingtreding van de Omgevingswet zal ook de werkwijze voor de uitvoering van VTH-taken vanaf dat moment zijn afgestemd op de Omgevingswet. Met de inwerkingtreding van de Omgevingswet vindt voor een aantal taken een herverdeling van bevoegdheden plaats. Zo wijzigt het bevoegd gezag van bodemverontreiniging. Deze bevoegdheid en taken gaan over van provincie naar gemeenten waarbij de Omgevingsdienst deze taken voor de gemeenten zal gaan uitvoeren.

Energiebesparingsakkoord
Wij controleren bedrijven en instellingen op het treffen van energiebesparende maatregelen. Maatregelen met een terugverdientijd van minder dan vijf jaar zijn wettelijk verplicht om te nemen. Daarnaast grijpen wij onze bedrijfscontroles aan om met ondernemers het gesprek aan te gaan over de mogelijkheden van verdere verduurzaming van de bedrijfsvoering (stimulering). Daarop sluit het initiatief van provincie Noord-Holland aan. De provincie heeft een breed gedragen Energiebesparingsakkoord Noord-Hollandse bedrijven (het akkoord) gesloten met alle 46
gemeenten. Het ondertekeningmoment vond plaats op 27 januari 2022. In het akkoord staan afspraken over een gezamenlijk ambitieniveau, kaders voor een toezichtwerkwijze en gezamenlijke monitoring en inzet van middelen. Het akkoord loopt in principe tot 2025 en heeft als doel om provincie breed een level playing field te creëren op het gebied van toezicht op energiebesparende maatregelen. Dit akkoord biedt voor ODIJmond kansen om meer in te zetten op energiebesparing bij bedrijven. Dit doen wij door middel van gerichte communicatie, stimulering en een toezichttraject. Elk energierelevant bedrijf wordt gedurende de looptijd van het akkoord ten minste een keer bezocht. Stimulering wordt ingezet via de GreenBiz IJmond-aanpak, via onder andere energiescans en inzet van dataloggers. Het leveren van een bijdrage aan de geformuleerde ambities uit het akkoord betekent ook intensivering van toezicht en handhaving op dit dossier. In 2022 zal ODIJmond samen met die gemeenten die deze taak bij ons hebben belegd, de aanvraag van de subsidie voorbereiden dat onderdeel is van het akkoord, de SEB-regeling (Stimulerend Energietoezicht Bedrijven), en starten met de uitvoering van het akkoord.

Onvoorziene ontwikkelingen
Onderwerpen als stikstof, PFAS, alsmede emissies van Tata Steel en Harsco Metals hebben in de afgelopen anderhalf jaar specifiek in de IJmond geleid tot maatschappelijke onrust. De vele nog onbekende factoren in deze dossiers leiden tot onzekerheid over de realisatie van projecten en de daarbij behorende financiële risico’s voor onze deelnemers. De druk op het realiseren van CO2-reductie gaat na de Urgenda-uitspraak alleen maar toenemen. Op dit moment is niet te voorzien wat voornoemde dossiers in 2023 specifiek aan inzet van onze dienst zullen vragen. 

Eigen Vermogen 1 januari 2021

€ 861.191

Eigen Vermogen 31 december 2021

€ 648.213

Vreemd Vermogen 1 januari 2021

€ 10.410.251

Vreemd Vermogen 31 december 2021

€ 9.285.001

Bijdrage gemeente aan GR 2021

€ 118.023

Resultaat van de GR 2021

€ 160.362

Mogelijke risico’s voor de gemeente

geen

 

 

 

Vuilverbrandingsinstallatie Alkmaar e.o. (VVI)

(contract met de Huisvuilcentrale (HVC) )

Site

hvcgroep.nl

Kerngegevens

Gemeente Wormerland is partner van de gezamenlijke regeling Vuilverbrandingsinstallatie Alkmaar en omstreken (VVI). Vanuit de VVI is de NV HVC opgericht (www.hvcgroep.nl/gemeenten). De gemeenteraad kan een zienswijze geven op de begroting van de VVI. Op deze wijze kan de Raad de regie houden.

VVI heeft geen personeel in dienst. Ondersteuning (secretariaat en financiële administratie) wordt geleverd door personeel van HVC.

Missie (HVC)

De gemeenschappelijke regeling wordt getroffen ter behartiging van het belang van de verwerking van de door de deelnemende gemeenten ingevolge de Afvalstoffenwet verkregen afvalstoffen. Het lichaam tracht dit te bereiken door de oprichting en instandhouding van een vuilverbrandingsinstallatie in de gemeente Alkmaar met inbegrip van een stortplaats voor niet voor verbranding in deze installatie in aanmerking komende afvalstoffen, die in deze regeling tezamen worden aangeduid als "de installatie".

Visie (HVC)

De bestuursorganen van het lichaam oefenen de bevoegdheden uit, die ingevolge de Afvalstoffenwet voor de verwerking van afvalstoffen aan de raden der deelnemende gemeenten zijn opgedragen.

Doel / openbaar belang (HVC)

De basis voor het afvalbeheer vormt de Dienstverlenings-overeenkomst (DVO), die tussen de gemeente Wormerland en HVC is afgesloten en waarin de inhoud, de omvang en garanties van de afvalbeheertaken zijn vastgelegd. De DVO is ingegaan op 1 januari 2009 voor onbepaalde tijd. Hiermee is zeker gesteld op een verantwoorde wijze en met een zo hoog mogelijk milieurendement tegen verantwoorde kosten het Wormerlandse afval wordt verwerkt.

 Ontwikkelingen 

Het aanbod van de afvalstromen in 2021 was voor bijna alle stromen lager dan het aanbod in 2020 maar wel hoger dan begroot. Waarschijnlijk is er in 2021 nog sprake geweest van een 'corona-effect', met meer huishoudelijk afval tot gevolg, zij het in mindere mate dan in 2020.

In 2021 is besloten om over te gaan naar het recycle-tarief. Dit om de landelijke VANG doelstelling te kunnen halen en de kosten voor het afval eerlijker te maken: mensen die weinig afval hebben worden beloond en mensen die veel restafval hebben betalen meer. In 2021 zijn alle voorbereidingen hierop gestart.

Eigen Vermogen 1 januari 2021

€ 24.000

Eigen Vermogen 31 december 2021

€ 24.000

Vreemd Vermogen 1 januari 2021

€ 1.378.000

Vreemd Vermogen 31 december 2021

€ 918.000

Bijdrage gemeente aan GR 2021

€ 0

Resultaat van de GR 2021

€ 0

Mogelijke risico’s voor de gemeente

De risico’s van de gemeenschappelijke regeling VVI houden hoofdzakelijk verband met de continuïteit van de afvalverwerking en het financiële risico van het aandeelhouderschap A in NV HVC. Een ander risico, dat in ogenschouw dient te worden genomen betreft (iii) conformiteit met regelgeving op het gebied van staatssteun, mededinging, Wet Markt en Overheid en aanbesteding.

Op basis van aandeelhouderschap kunnen gemeenten een gezamenlijk beleidsstandpunt innemen richting VVI;

  • De gemeenteraad kan haar controlerende en toezichthoudende taak op HVC uitoefenen door een zienswijze te geven op de begroting en jaarrekening van de VVI;
  • Garantstelling voor investeringen van de HVC: gemeente Wormerland staat per 2018 op basis van het aantal aandelen garant en niet meer voor het volledige bedrag van de gegarandeerde leningen.

 

 

 

 Veiligheidsregio Zaanstreek-Waterland (VrZW )

(incl. Regionale Brandweer Zaanstreek-Waterland (RBZW) en GHOR/CPA)

 Site

veiligheidsregiozaanstreekwaterland.nl

Kerngegevens

Veiligheidsregio Zaanstreek-Waterland, Zaandam 

 Missie

De partners in de veiligheidsregio Zaanstreek-Waterland gaan ‘arm in arm voor veiligheid’ om het samenwerkingsverband te bestendigen en uit te bouwen. Dit samenwerkingsverband helpt maatschappelijke verstoringen voorkomen of beperken in het belang van en samen met de burgers.

 Visie

• Wij werken adequaat en effectief samen op het gebied van integrale veiligheid;
• Wij treden adequaat en snel op bij rampen en crises;
• Wij gaan in onze organisatievorming mee in de ontwikkelingen rond bestuurlijke schaalvergroting;
• Wij hebben wederzijds werkbare afspraken met de nieuwe politieregio;
• Wij werken actief samen met de burger opdat deze bewust en zelfredzaam handelt.

 Doel / openbaar belang

Het bewerkstelligen van een doelmatig georganiseerde en gecoördineerde uitvoering van brandweer/GHOR/CPA-taken in ruime zin met inbegrip van het beperken en bestrijden van rampen en zware ongevallen en overigens een goede hulpverlening bij een ongeval of een ramp te bevorderen in het gebied met negen deelnemende gemeenten. De Veiligheidsregio/RWBZ voert regiotaken op het gebied van preventie, preparatie en alarmcentrale. Daarnaast is de gemeentelijke crisisorganisatie inmiddels regionaal georganiseerd als gevolg van de wet op de Veiligheidsregio’s. Deze processen worden steeds verder geprofessionaliseerd. De nafase van een crisis blijft een taak van de gemeente. De VRZW ondersteunt gemeenten om deze taken te organiseren.

Samen voor veilig

De focus ligt op het gezamenlijk beperken van risico's en beheersen van (de effecten van) crises:

  • Gezamenlijk, omdat veiligheid geen exclusieve taak is van de veiligheidsregio. Samen met inwoners, instellingen en bedrijven kunnen we Zaanstreek-Wateland veiliger maken;
  • Beperken van risico's, omdat volledige beheersing van risico's niet realistisch is;
  • Beheersen van effecten omdat, als het dan toch misgaat, de veiligheidsregio optreedt om de continuïteit van de samenleving te waarborgen. 

Onze speciale aandacht hebben kwetsbare doelgroepen, die niet- of verminderd zelfredzaam zijn.

 Ontwikkelingen 

Beleidsplan 2021-2024

Het Beleidsplan Veiligheidsregio Zaanstreek-Waterland 2017-2020 vormt ook in 2021 nog het beleidsmatig kader. Met ingang van de
begroting 2022 vormt het nieuwe Beleidsplan het beleidsmatig kader. In het beleidsplan geeft de VrZW aan hoe zij de komende jaren gaan inzetten om te voldoen aan hun wettelijke taken en zich voor te bereiden op de (effecten van) nieuwe crisistypen, technologische ontwikkelingen en digitalisering. Er is in het beleidsplan aandacht voor ‘activiteiten aan de voorkant van de veiligheidsketen’ zoals brandveiligheid, integrale evenementenadvisering en het uitbreiden van het netwerk van (flexibele) expertise op ‘nieuwe’  incidenten en risico’s zoals digitalisering.

Regionaal Risicoprofiel 2021-2024
Het regionaal risicoprofiel 2021-2024 (RRP) is een van de onderleggers van het beleidsplan 2021-2024. In het RRP worden de regionale risico’s en
beheersmaatregelen benoemd, onderverdeeld in 7 thema’s: Natuurlijke omgeving, Gebouwde omgeving, Vitale infrastructuur en voorzieningen, Technologische omgeving, Verkeer en vervoer, Gezondheid en Sociaal maatschappelijke omgeving. Het is een selectie van relevante scenario’s die het brede spectrum aan mogelijkheden voor maatschappelijke ontwrichting en fysieke onveiligheid zoveel mogelijk afdekt. Een aantal risico’s uit het RRP 2019-2020 zijn nog actueel en daarom (geactualiseerd) opgenomen in het nieuwe RRP. Onder andere de risico’s dijkdoorbraak, extreem weer, brand in woonvorm met minder zelfredzamen, grote industriële brand en uitval vitale voorzieningen zijn opnieuw opgenomen. Daarnaast zijn er 2 nieuwe risico’s opgenomen: digitale ontwrichting en uitbraak besmettelijke ziekte.

COVID-19
Ook in 2021 heeft COVID-19 een impact gehad op de samenleving, en daardoor uiteraard ook op VrZW en haar partners.
Zo zijn in het laatste kwartaal van 2021 veel oefeningen (opnieuw) stilgelegd om besmetting bij de repressieve dienst met de Omikron-variant van het coronavirus te voorkomen. Voorgesteld wordt daarom om, voor enkele externe belegde specialistische oefeningen, de niet gemaakte kosten toe te voegen aan de al gevormde bestemmingsreserve. Net als in 2020 mogen de kosten van de veiligheidsregio’s als gevolg van de COVID-19 situatie op voorschotbasis aan het Rijk gedeclareerd worden.

Corona Toegangsbewijscontrole (CTB-gelden)
Door het Rijk is in het najaar van 2021 een bedrag beschikbaar gesteld ten behoeve van de handhaving van de controle op de Corona Toegangsbewijzen door
de 8 gemeenten in onze Veiligheidsregio. De middelen die ter beschikking zijn gesteld, zijn indicatief verdeeld waarbij afgesproken is dat deze verdeling aangepast kan worden als de prioriteitsstelling daarom vraagt. Van het totaal beschikbare bedrag van € 875.000 is t/m eind december 2021 een bedrag van € 455.000 gedeclareerd (waarvan € 10.935 door de gemeente Wormerland).

Financieel

De primaire begroting 2021 sloot met een positief resultaat van € 90.000. Op 2 juli 2021 is de 1e bestuursrapportage 2021 door het Algemeen Bestuur vastgesteld met een nadelig resultaat van € 54.000. In de 2e bestuursrapportage, die op 3 december 2021 door het Algemeen Bestuur werd vastgesteld, werd een positief resultaat verwacht van € 633.000. Daarbij stemde het Algemeen Bestuur in met de vorming van een nieuwe bestemmingsreserve Projecten 2021 van €215.000. Na het opstellen van de jaarrekening over 2021 sluit het exploitatieresultaat op €620.000. Dit is €13.000 lager dan bij de de 2e bestuursrapportage werd voorzien maar rekening houdend met de vorming van genoemde bestemmingsreserve is er sprake van een positieve saldo-ontwikkeling.

Als resultaatbestemming wordt voorgesteld de bestemmingsreserve 2021 te verhogen met €85.000 vanwege het door COVID-19 niet doorgaan van enkele extern
georganiseerde oefeningen. Voor het overige deel van het positieve exploitatieresultaat (€535.000) wordt voorgesteld van dit bedrag een bestemmingsreserve te vormen voor aanpassing van de kantoren van VrZW als gevolg van hybride werken.

Bezuinigingsmaatregelen
De bezuinigingsopdracht, waartoe het algemeen bestuur op 6 december 2019 besloot, heeft VrZW volledig in de begroting 2021 verwerkt. De deelbezuiniging die samenhangt met de invoering van de Omgevingswet en de Wet Kwaliteitsborging Bouw kan echter niet gerealiseerd worden. Door uitstel van de invoering van de nieuwe wetgeving is er nog geen sprake van taakreductie. In het op 12 maart 2021 aangeboden onderzoek ‘Gevolgen risicobeheersingstaken stelselherziening Omgevingsrecht voor veiligheidsregio’s’, uitgevoerd door bureau Cebeon, wordt ingeschat dat de invoering eerder tot een verzwaring van de taken gaat leiden. Op basis van deze inzichten is het niet realistisch om een reductie in personeelsbezetting te realiseren zonder verschuiving van taken naar  gemeenten of het niet meer uitvoeren van taken door VrZW. Om die reden is in de ingediende Kaderbrief 2023 als uitgangspunt voor de begroting 2023 opgenomen dat de taakstelling niet gerealiseerd zal worden. Hierover vindt nog bestuurlijke besluitvorming plaats.

Eigen Vermogen 1 januari 2021

€ 2.932.000

Eigen Vermogen 31 december 2021

€ 2.082.000

Vreemd Vermogen 1 januari 2021

€ 16.812.000

Vreemd Vermogen 31 december 2021

€ 17.041.000

Bijdrage gemeente aan GR 2021

€ 1.317.141

Resultaat van de GR 2021

€ 620.000

Mogelijke risico’s voor de gemeente

 geen

 

 

Vervoerregio Amsterdam

Site

https://vervoerregio.nl/

Kerngegevens

Jodenbreestraat 25, 1011 NH Amsterdam

Doel / openbaar belang

Samenwerking versterken op het gebied van verkeer en vervoer, bevorderen van bereikbaarheid

Missie

Verkeer en vervoer ondersteunt de ruimtelijk-economische ontwikkelingen en de ontplooiingskansen van mensen. Dat vraagt om intensieve samenwerking afstemming tussen het mobiliteitsbeleid en de andere beleidsvelden.

Visie

Het versterken van de samenwerking op het gebied van Verkeer en Vervoer in regio Amsterdam-Almere

Ontwikkelingen 

De coronaperiode is voor de Vervoerregio Amsterdam uitdagend geweest vanwege het beperkte aantal reizigers dat gebruik kon maken van het openbaar vervoer. Desondanks zijn onder meer stappen gezet met het verduurzamen van het openbaar vervoer in de regio, bijvoorbeeld door investeringen in elektrische bussen.

Eigen Vermogen 1 januari 2021

€ 1.159.794

Eigen Vermogen 31 december 2021

€ 221.863

Vreemd Vermogen 1 januari 2021

€ 255.499.122

Vreemd Vermogen 31 december 2021

€ 333.131.004

Bijdrage gemeente aan GR 2021

€ 0

 Resultaat van de GR 2021

€ 0

Mogelijke risico’s voor de gemeente

geen

 

 

 

Programma 6 Bestuur en organisatie

Terug naar navigatie - Programma 6 Bestuur en organisatie

 

 

Cocensus

Site

cocensus.nl

Kerngegevens

Openbaar lichaam genaamd 'gemeenschappelijke regeling Cocensus', gevestigd te Hoofddorp, gemeente Haarlemmermeer

Missie

Cocensus is de partner voor het integraal waarderen, heffen en invorderen van decentrale belastingen en heffingen.

Visie

Cocensus heeft een bedrijfsmatige grondslag en zal tegen een zo laag mogelijk tarief en zo hoog mogelijke kwaliteit haar diensten integraal aanbieden. De belangrijkste waarden hierbij zijn:
·         klantgericht
·         kwalitatief
·         innovatief
·         efficiënt en effectief
·         resultaatgericht
·         integriteit

Doel / openbaar belang

Cocensus is een gemeenschappelijk regeling (GR) van de gemeenten Haarlem, Haarlemmermeer, Hillegom, Beverwijk, Oostzaan, Wormerland, Alkmaar, Bergen, Graft-De Rijp, Heerhugowaard, Langedijk en Schermer. In deze GR zijn de uitvoeringswerkzaamheden in het kader van de Wet waardering onroerende zaken (Wet WOZ) en de heffing en invordering van gemeentelijke belastingen ondergebracht.

Cocensus verzorgt het bestandsonderhoud, de heffing, de invordering, de behandeling van bezwaar- en beroepschriften en de behandeling van verzoeken om kwijtschelding.

Ontwikkelingen

Huisvesting
Per April 2021 is Cocensus in het nieuwe pand getrokken aan de Trompet 2700 in Heemskerk. De
bestaande huurcontracten in Hoofddorp (einddatum 31-12-2021) en Alkmaar (einddatum 31-12-2023)
zijn voortijdig opgezegd per 30 april 2021. Voor de vestiging Hoofdorp zijn de kosten afgewikkeld in de
begroting 2021. Voor de (afkoop van de) kosten van huur van het pand in Alkmaar wordt overleg
gevoerd met de eigenaar, de planning is om deze kosten af te wikkelen in de begroting 2022. De
herhuisvesting levert voor de deelnemers van de GR een kostenbesparing van 2% op hun bijdrage per
begrotingsjaar 2022.

Uitvoering WOZ
Op initiatief van de Waarderingskamer is er een wetsvoorstel aangenomen om met ingang van 2021
de waarde van objecten (woningen en niet-woningen) te waarderen/taxeren op basis van vierkante
meters in plaats van kubieke meters. De afgelopen drie jaar is projectmatig de wijziging van m3 naar
m2 doorgevoerd in de WOZ administratie en staat de m2 met ingang van de waardering 2022 aan de
basis van het waarderen van woningen. Ook op het gebied van de BA6 zijn er ontwikkelingen. De BAG
en WOZ worden gelijk getrokken aan elkaar en gaan daarna de beheerfase in.
Inmiddels is er een start gemaakt om het proces van het waarderen van woningen te verbeteren.

Eigen Vermogen 1 januari 2021

€ 477.051

Eigen Vermogen 31 december 2021

€ 803.928

Vreemd Vermogen 1 januari 2021

€ 13.664.028

Vreemd Vermogen 31 december 2021

€ 15.895.419

Bijdrage gemeente aan GR 2021

€ 352.000

Resultaat van de GR 2021

€ 553.928

Mogelijke risico’s voor de gemeente

In het verlengde van de ISO-certificering vindt jaarlijks bij Cocensus een uitgebreide risico-inventarisatie plaats. Deze inventarisatie met de daaraan gekoppelde beheersmaatregelen wordt elk half jaar besproken in het MT van Cocensus en éénmaal per jaar in de vergadering van het Dagelijks en Algemeen Bestuur van Cocensus. De beheersmaatregelen worden jaarlijks in de externe ISO-audit tegen het licht  gehouden. Naar aanleiding daarvan worden weer separaat een inventarisatie en de bijbehorende (al dan niet aangepaste) beheersmaatregelen voorgelegd aan het Bestuur. Hierdoor is het risicomanagement geborgd binnen de organisatie van Cocensus.

Cocensus heeft een zeer beperkt weerstandsvermogen (de algemene reserve is contractueel gemaximeerde op € 250.000). Dit houdt in dat financiële tegenvallers in rekening worden gebracht bij de deelnemers.

 

 

Waterlands Archief

Site

www.waterlandsarchief.nl

Kerngegevens

ISW, Waterlandlaan 81 te Purmerend.

Missie

De doelstellingen voor het Waterlands Archief zijn:

  • - Uitbreiding en verbetering van de digitale dienstverlening.
  • - Verbreding educatie en verbetering presentatie.
  • - Werken aan digitale duurzaamheid en toegankelijkheid.

Doel / openbaar belang 

Het Waterlands archief heeft als doelstelling een zo breed mogelijk publiek te interesseren voor de cultuurhistorie van de regio Waterland en het onderzoek hiernaar zoveel mogelijk te stimuleren.

Ontwikkelingen

Vanaf 2022 werkt het Waterlands Archief volgens het uitvoeringsplan “Van archiefbewaarplaats naar informatieknooppunt”. Dit uitvoeringsplan is vastgesteld in december 2020 en beslaat de periode 2022-2025. Het Waterlands Archief heeft verschillende maatschappelijke functies: collectief geheugen, duurzaam toegankelijke bron van informatie, betrouwbare informatiebron, toezichthouder en expertisecentrum. Toezicht op informatiebeheer is inmiddels naast inspectie vooral ook adviseren over ‘archiveren by design’. Beheer van informatie is niet langer uitsluitend het beheren van overgebrachte informatie maar ook ‘bewaren aan de bron’.  

De Wet open overheid (Woo) en de modernisering van de Archiefwet  hebben de komende jaren grote invloed op het werk dat de archiefdiensten doen.
Ten slotte dient de Gemeenschappelijke Regeling Waterlands Archief aangepast te worden. Dit is vanwege de fusie van de gemeente Beemster met de Gemeente Purmerend. De wijzigingen van de Wet gemeenschappelijke regelingen en de WNRA (Wet normalisering rechtspositie ambtenaren) worden direct in de nieuwe Gemeenschappelijke Regeling Waterlands Archief verwerkt.

Digitalisering archief

Voor het digitaliseren van bouwvergunningen heeft de raad in de kadernota 2019 € 61.000 beschikbaar gesteld uit de Algemene Reserve. Dit budget is nog niet uitgegeven en wordt via de reserve Nog uit te voeren werken meegenomen naar 2022.  Het grootste deel van deze digitalisering staat voor de gemeente Wormerland gepland in 2022, het restant in 2023.

Eigen Vermogen 1 januari 2021

€ 377.157

Eigen Vermogen 31 december 2021

€ 220.452

Vreemd Vermogen 1 januari 2021

€ 78.596

Vreemd Vermogen 31 december 2021

€ 177.699

Bijdrage gemeente aan GR 2021

€ 132.511

Resultaat van de GR 2021

€ 7.961

Mogelijke risico’s voor de gemeente

Er zou een risico kunnen schuilen in de mogelijkheid dat de kosten van de digitalisering door onvoorziene omstandigheden toch hoger zullen kunnen uitkomen dan verwacht.

 

 

OVER-gemeenten

Site

over-gemeenten.nl

Kerngegevens

 OVER-gemeenten, Oostzaan en Wormerland.

Missie

  • Het zo optimaal mogelijk organiseren van het samenspel tussen colleges, bestuur en organisatie als noodzakelijke voorwaarde voor het functioneren van de serviceorganisatie voor meerdere gemeenten;
  • Het zo optimaal mogelijk organiseren van de dienstverlening aan inwoners, bedrijven en instellingen;
  • Het zo optimaal mogelijk organiseren van de bedrijfsmatige ondersteuning als noodzakelijke voorwaarde voor het goed functioneren van de klantgerichte processen;
  • Het zo optimaal mogelijk inzetten van personeel, zodanig dat een constante kwaliteit geleverd kan worden.

Visie

OVER-gemeenten is een:

  • vraag gestuurde dienstverlener;
  • een toegangspoort tot de overheid;
  • een aantrekkelijke werkgever;
  • een innovatieve, 'anders' denkende organisatie;
  • een aantrekkelijke partner.

Doel / openbaar belang

Op 17 juni 2008 heeft de gemeenteraad van Wormerland besloten in te stemmen met de samenwerking van Wormerland en Oostzaan. Om de uitvoering van beleidsmatige, uitvoerende en organisatorische opgaven te borgen en de dienstverlening verder te verbeteren, is de gemeenschappelijke regeling OVER-gemeenten opgericht. OVER-gemeenten werkt binnen de door de gemeenteraad van Wormerland voor de samenwerking vastgestelde kaders. Deze kaders zijn:

  • Elke gemeente behoudt haar bestuurlijke zelfstandigheid;
  • Elke gemeente stelt haar eigen beleids- en uitvoeringskader vast;
  • De samenwerking heeft als doel het blijvend borgen van dienstverlening, kwaliteit, continuïteit, bestuurskracht en betaalbaarheid;
  • De dienstverlening van elke gemeente blijft lokaal (front-offices);
  • Vanuit het uitgangspunt van “handhaven van de bestuurlijke zelfstandigheid van de twee gemeenten” blijft elke gemeente thans en in de toekomst verantwoordelijk voor haar eigen financiële positie;
  • De (structurele) kosten van de ambtelijke organisatie mogen tijdens de samenwerking en in verdere uitwerkingen van de samenwerking niet stijgen, uitgezonderd wanneer er verplichte nieuwe taken vanuit het Rijk bijkomen.

Tevens mogen de kosten stijgen, indien een deelnemende gemeente nieuwe beleidsvoornemens heeft die gepaard gaan met personeelsuitbreiding. In dat geval zullen de extra kosten die hieruit voor de ambtelijke organisatie voortvloeien, gedragen worden door de betreffende gemeente zelf. Gemeenten die deze beleidsvoornemens niet willen doorvoeren zullen niet voor deze extra kosten van de ambtelijke organisatie worden belast.

Ontwikkelingen

Net als in 2020 is kampt OVER-gemeenten ook in 2021 nog met de gevolgen van de coronapandemie. Daarnaast is intern het nodige gewijzigd bij OVER-gemeenten, zoals de komst van de directeur, de nieuwe (nog in ontwikkeling zijnde) organisatiestructuur en nog steeds een groot personeelsverloop met veel externe inhuur.

 

Financieel

In het Voorjaarsbericht 2021 van OVER-gemeenten is de OVER-gemeenten-begroting 2021 incidenteel bijgesteld met 1,5 miljoen, waarvan 62% ten laste van de Gemeente Wormerland komt, zijnde € 930.000. De reden van deze incidentele budgetbijstelling is het enorme personeelsverloop, de moeilijke arbeidsmarkt, hoge ziekteverzuim en de daarmee samenhangende hogere kosten voor inhuur personeel. 

In de Begroting 2022 van Wormerland is structureel € 553.731 bijgeraamd als bijdrage aan de werkorganisatie naar aanleiding van de Begroting 2022 van OVER-gemeenten.

 

Bestuurlijke toekomst

De uitvoering van de raadsbrede motie d.d. 30-6-2020 heeft geleid tot een bestuurlijke verkenning en een participatietraject over de bestuurlijke toekomst, vertaald in wenselijkheden, onwenselijkheden, mogelijkheden en onmogelijkheden waarmee in de toekomstkeuze rekening moet worden gehouden. Daarover is de raad meermaals in 2021 gerapporteerd, met het oog op een afweging die de raad moest maken over de bestuurlijke toekomst. Net over de jaargrens heen heeft de zittende gemeenteraad (op 28 februari 2022) een aanbeveling vastgesteld, die is gericht aan de nieuwe gemeenteraad. Die nieuwe gemeenteraad zal voor de komende 4 jaar regie moeten nemen op de bestuurlijke toekomst en zal als vertrekpunt de aanbeveling van de oude raad behandelen om het stuur in handen te nemen en koers te bepalen in dit dossier.  De oude raad heeft zich daarmee van zijn taak in 2021 gekweten, met een kleine uitloop naar 2022. 
Intussen wordt hard gewerkt aan de versterking van OVER-gemeenten, omdat die ambtelijke organisatie van vitaal belang is voor de dienstverlening aan burger en bestuur, alsmede voor de bestuurskracht in de komende raadsperiode. Daarin is ook initieel financieel geïnvesteerd in 2021.

Eigen Vermogen 1 januari 2021

€ 500.235

Eigen Vermogen 31 december 2021

€ 996.034

Vreemd Vermogen 1 januari 2021

€ 1.759.252

Vreemd Vermogen 31 december 2021

 € 3.055.658

Bijdrage gemeente aan GR 2021

€ 10.768.583

Resultaat van de GR 2021

€ 495.798

Mogelijke risico’s voor de gemeente

Het risico’s voor de gemeente zit met name in de financiering van OVER-gemeenten. Zijn de financiële middelen wel voldoende voor de uitvoering van de taken. Hierin zijn twee zorgelijke ontwikkelingen te benoemen. Enerzijds de organisatorische ontwikkelingen binnen OVER-gemeenten, zoals het forse personeelsverloop. Ten tweede benoemen we constante de overdracht van taken van het rijk naar de gemeenten zonder dat het rijk daarvoor voldoende middelen beschikbaar stelt.

 

 

Stichting Regionaal Inkoopbureau IJmond en Kennemerland (RIJK)

Site

https://www.stichtingrijk.nl/

Kerngegevens

Raadhuisplein 1, 2101 HA Heemstede

Missie

Het creëren van voordelen op zowel financieel, kwalitatief als procesmatig gebied voor zelfstandige gemeenten, onder andere door het faciliteren van een regionaal inkoopbureau en voorts al hetgeen met één en ander rechtstreeks of zijdelings verband houdt of daartoe bevorderlijk kan zijn, alles in de ruimste zin des woords.

Visie

 

Doel / openbaar belang

RIJK is er voor gemeenten die het beste uit de markt willen halen. Voor gemeenten die constant streven naar het bereiken van de beste waarde voor de beschikbare financiële middelen. Voor gemeenten die inkoop willen inzetten voor het realiseren van beleid.

Ontwikkelingen

Stichting Rijk heeft de Jaarstukken 2021 (wederom) niet tijdig ingeleverd, daarom zijn de genoemde cijfers per 31 december 2021 niet gevuld.

Eigen Vermogen 1 januari 2021

€ 1.308.182

Eigen Vermogen 31 december 2021

niet bekend

Vreemd Vermogen 1 januari 2021

€ 399.071

Vreemd Vermogen 31 december 2021

niet bekend

 Bijdrage gemeente aan GR 2021

€  89.835

 Resultaat van de GR 2021

niet bekend

 Mogelijke risico’s voor de gemeente

geen

 

Paragraaf Financiering

Waar gaat deze paragraaf over?

Terug naar navigatie - Waar gaat deze paragraaf over?

Deze paragraaf geeft transparantie van de treasuryfunctie (financiering) van decentrale overheden. Er worden zo duidelijk mogelijk de plannen, feiten en visie over financiering uiteengezet.

De Wet Financiering Decentrale Overheden (wet FIDO) schept een duidelijker kader voor de treasuryfunctie en levert een bijdrage aan de kredietwaardigheid van de openbare lichamen en bevordert de transparantie van de treasuryfunctie. Deze wet kent twee instrumenten op het gebied van de treasuryfunctie:
   - het treasurystatuut,
   - de financieringsparagraaf

De doelstelling van het treasurystatuut is om bestaande verantwoordelijkheden en bevoegdheden te formaliseren en expliciet vast te stellen. De gemeenteraad kan dan goed invulling geven aan zijn verordenende en controlerende bevoegdheid. Het tweede instrument, de financieringsparagraaf, heeft als doel inzicht te geven in de algemene interne en externe ontwikkelingen die van belang zijn voor de treasury en de concrete plannen op het gebied van risicobeheer, financieringspositie en leningen en uitzettingenportefeuille.

Door de raad is op 29 januari 2019 een geactualiseerd treasurystatuut vastgesteld. In dit statuut zijn de organisatie rondom het opstellen van het treasurybeleid, de planning & control(P&C)-cyclus, de organisatie rondom de uitvoering van treasury-activiteiten en de interne en externe controle geregeld. Het treasurystatuut wordt eens in de 4 jaar geactualiseerd.

Leningenportefeuille

Terug naar navigatie - Leningenportefeuille

Hier wordt de ontwikkeling van de portefeuille van de langlopende leningen in het jaar 2021 weergegeven.

 Mutaties leningenportefeuille Raming 20201
Werkelijk 2021
Stand per 01-01-2021 14.360 14.360
Aflossingen (regulier) in 2021 -1.020 -1.020
Aflossingen (vervroegd) in 2021 0 0
Nieuw aangetrokken leningen 2021 2.000 2.000
 Stand per 31-12-2021 15.340
15.340

 (bedragen x€1.000)

Het werkelijke verloop van de financiering is gelijk aan de begroting 2021. De in 2021 nieuw aangetrokken lening van €2.000.000 hebben we aan kunnen trekken voor een rentepercentage van 0,685%.

Alle langlopende leningen zijn onderhandse leningen, met een rentevaste looptijd. Het gemiddelde renteniveau van de leningenportefeuille bedroeg in 2021  1,42%.

Risicobeheer

Terug naar navigatie - Risicobeheer

De Wet FIDO verplicht de kasgeldlimiet en de renterisiconorm in beeld te brengen. De provincie gebruikt deze bij het uitoefenen van haar toezichthoudende functie. De kasgeldlimiet betreft het renterisico van de vlottende schuld. De renterisiconorm betreft het renterisico van de langlopende schuld.

 Kasgeldlimiet voor 2021  Bedragen
 Omvang primaire begroting over 2021(=grondslag) 37.476
 - in procenten van de grondslag 8,5%
 (1) Toegestane kasgeldlimiet 3.185
 (2) Omvang vlottende korte schuld 4.190
 (3) Vlottende middelen: 7.841
       Contante gelden in kas 4
       Tegoeden in rekening courant 447
       Overige uitstaande gelden < 1 jaar 7.390
Toets kasgeldlimiet:  
(4) Totaal netto vlottende schuld (2)-(3) -3.651
Toegestane kasgeldlimiet (1) 3.185
Ruimte (+) / Overschrijdingen (-):  (1)-(4) 6.836

(bedragen x€1.000, per 31-12-2021)

 

Renterisiconorm    2021
 1a  Renteherziening op vaste schuld o/g (opgenomen geld) 0
 1b  Renteherziening op vaste schuld u/g (uitgegeven geld) 0
 1c  Renteherziening op vaste schuld (1a-1b) 0
 2  Betaalde aflossingen reguliere leningen 1.020
 3  Renterisico op vaste schuld (1)-(2) -1.020
     
  Berekening renterisiconorm:  
4  Begrotingstotaal primair (excl. mutaties in reserves) 37.476
5  Normpercentage (ministerieel vastgesteld) 20%
     
   Toets renterisiconorm:  
6  Renterisiconorm (4*5) 7.495
7  Renterisico op vaste schuld (3) -1.020
  Ruimte (+) / Overschrijding (-):  (6)-(7) 6.475

(bedragen x€1.000)

 

In de renterisiconorm wordt rekening gehouden met de renterisico’s die gemeenten lopen over nieuw af te sluiten leningen ter vervanging van afgeloste leningen. De renteontwikkelingen op de kapitaalmarkt zorgen ervoor dat de gemeente een ogenschijnlijk gering risico loopt (zie rentevisie).

Solvabiliteit

Terug naar navigatie - Solvabiliteit

De solvabiliteit geeft aan de mate waarin een onderneming met eigen middelen (eigen vermogen) is gefinancierd. In het bedrijfsleven is deze ratio van belang om te zien in hoeverre de onderneming in staat is om aan haar financiële verplichtingen (betalingen) kan voldoen door inzet van haar eigen vermogen. Voor een gemeente is de hoogte van de solvabiliteit van minder belang dan voor een bedrijf. Toch geeft het een aardig inzicht in de vermogensverhoudingen.

Hoe hoger de solvabiliteit, hoe beter de financieringspositie van de gemeente. Afhankelijk van de directe opbrengstwaarde van de activa ligt de minimumnorm voor het bedrijfsleven op een waarde tussen de 25% en 40%.  De solvabiliteit wordt berekend door het eigen vermogen te delen door het totale vermogen x 100%.

In onderstaand schema is de solvabiliteit berekend op basis van de vastgestelde jaarrekeningen.

Jaar (per 31-12)
Eigen vermogen Vreemd vermogen Totaal vermogen Solvabiliteit
 2009  € 14.791  € 20.818  € 35.609  41,54%
 2010  € 13.707  € 23.072  € 36.779  37,27%
 2011  € 16.144  € 22.471  € 38.616  41,81%
 2012  € 17.338  € 22.983  € 40.322  43,00%
 2013  € 18.974  € 22.188  € 41.162  46,10%
 2014  € 18.548  € 21.400  € 39.948  46,43%
 2015 € 21.303 € 20.153 € 41.456  51,38%
 2016 € 20.975 € 19.204 € 40.179  52,20%
2017 € 21.156 €19.143 € 40.299 52,49%
2018 € 19.217 € 22.299 € 41.515 46,29%
2019 € 17.980 € 25.771 €43.751 41,10%
2020 € 16.396 € 27.903 € 44.299 37,01%
2021 € 16.495 € 28.134 €44.629 36,96%

 (bedragen x 1.000)

 

Paragraaf Lokale heffingen

Paragraaf Lokale heffingen

Terug naar navigatie - Paragraaf Lokale heffingen

De gemeentelijke heffingen zijn, naast de doeluitkeringen van het Rijk en de algemene uitkering uit het gemeentefonds, een belangrijke bron van inkomsten. Er zijn twee gemeentelijke heffingen: retributies en belastingen. Bij de retributies is er sprake van een tegenprestatie van de gemeente en mogen de geraamde opbrengsten niet hoger zijn dan de geraamde kosten voor de uitoefening van de taak, dit betekent dat de kostendekkendheid niet meer mag zijn dan 100%. Bij belastingen is er geen directe relatie met een prestatie van de gemeente. Belastingen worden gezien als een algemeen dekkingsmiddel.

De belastingen en retributies bedragen ongeveer 20% van de totale inkomsten.

De gemeente Wormerland heeft de uitvoering van de Wet Waardering Onroerende Zaken (WOZ) en het opleggen van de aanslagen en de invordering van onroerende zaakbelasting (OZB) , roerende woon- en bedrijfsruimtebelasting, afvalstoffenheffing, rioolheffing, hondenbelasting, forensenbelasting, grafrechten en leges omgevingsvergunningen ondergebracht in een gemeenschappelijke regeling, zijnde Cocensus. Ook de afhandeling van de kwijtscheldingsverzoeken en bezwaar- en beroepschriften vinden plaats door Cocensus.
Voor de uitvoering van belastingregelingen in 14 gemeenten brengt Consensus de gemeenten een bijdrage in rekening. Voor de gemeente Wormerland is de bijdrage over 2021 € 352.000.

Actuele ontwikkelingen

Terug naar navigatie - Actuele ontwikkelingen

Precariobelasting

Per 1 juli 2017 is de wet tot afschaffing van de precariobelasting op nutsnetwerken in werking getreden. Gemeenten die op 10 februari 2016 in hun belastingverordening een tarief hadden voor nutsnetwerken, mogen uiterlijk tot 1 januari 2022 nog precariobelasting op nutsnetwerken blijven heffen. Onder de overgangsregeling kan een gemeente maximaal het tarief in rekening brengen dat op 10 februari 2016 gold.  Gemeenten die onder de overgangsregeling vallen, maar na 10 februari 2016 het tarief hebben verhoogd, hebben vanaf 1 juli 2017 hun tarief moeten verlagen naar maximaal het tarief dat gold op 10 februari 2016. Met deze regeling hebben we zowel met de geraamde opbrengsten als de oplegging vanaf 2017 rekening gehouden.  In 2021 zijn de precariobelasting 2019, 2020 en 2021 opgelegd De aanslagoplegging van 2019 en 2020 was vertraagd in verband met bezwarenprocedures.

 

Waarderingsmethodiek

Tot en met 2020 gold nog de methodiek van waardering onroerende zaken per kubieke meter.  Vanaf 2021 geldt de verplichte wijziging van de waarderingsmethodiek naar vierkante meters.

Gemeentelijke belastingen

Terug naar navigatie - Gemeentelijke belastingen

Belastingen hebben een algemeen karakter. Een directe relatie tussen de belasting en de gemaakte kosten van de gemeente is in het algemeen niet aanwezig. Uitgangspunt bij het vaststellen van de belastingtarieven is dat deze trendmatig worden verhoogd met de verwachte inflatie. Voor het jaar 2021 is een inflatie van 1,6 % gehanteerd.

Onroerende Zaakbelasting (OZB)
De grondslag voor de OZB wordt gevormd door de waarde van het onroerend goed, die jaarlijks wordt vastgesteld. De WOZ-waarden voor het belastingjaar 2021 zijn gebaseerd op het prijspeil 1 januari 2020. In de gemeente Wormerland betalen alleen de eigenaren van woningen OZB en niet de gebruikers van woningen. Anders is dit bij de niet-woningen, daar worden zowel eigenaar als gebruiker aangeslagen voor onroerende zaakbelasting.

Wormerland hanteert het uitgangspunt dat de totale opbrengst van de onroerende zaakbelasting gelijk blijft en alleen vermeerderd wordt met inflatie en areaaluitbreiding. Echter, naast de gemeente draait er echter nog een andere partij aan de knoppen, namelijk het rijk. Een stijgende WOZ-waarde heeft namelijk een negatief effect op de Algemene uitkering uit het gemeentefonds. Het rijk gaat er vanuit dat bij een stijging van de WOZ-waarde de inkomsten van de gemeente stijgen door een hogere opbrengst OZB. Om de totale opbrengsten voor de gemeente gelijk te houden is een compensatiestijging van het OZB-tarief noodzakelijk. In 2021 is de stijging van het OZB-tarief in verband met de verlaging van de Algemene uitkering 2%. Samen met de inflatiestijging van 1,6% zou normaliter de totale OZB-opbrengst (naast de areaaluitreiding) dus in 2021 in totaal dus met 3,6% zijn gestegen. In 2021 is echter afgeweken van het uitgangspunt om de opbrengst van de OZB gelijk te houden en is de OZB met 8% extra verhoogd als dekkingsmiddel om tot een sluitende Begroting 2021 te komen. Bij individuele aanslagen kan deze stijging verschillen. Die verschillen in individuele aanslagen ontstaan als de waarde van een woning meer of juist minder in waarde is gestegen dan het Wormerlandse gemiddelde. 

 

Roerende woon- en bedrijfsruimtebelasting (RWWB)
Eigenaren en gebruikers van onroerend goed betalen gemeentelijke belastingen in de vorm van de onroerende zaakbelasting (OZB). Het is wettelijk mogelijk om ook voor eigenaren en gebruikers van roerende woon- en bedrijfsruimten (zoals woonboten en woonwagens) een gelijke belasting in te voeren, te weten de Roerende Woon- en bedrijfsruimtebelasting (RWWB). Om eigenaren en gebruikers van roerend en onroerend goed gelijk te behandelen is het tarief van die belasting gelijk aan het tarief van de OZB.

Hondenbelasting
Onder de naam “hondenbelasting” heft de gemeente een belasting op het houden van honden binnen de gemeente. De belastingplichtige is de houder van de hond. Het aantal honden is bepalend voor de opbrengst van de belasting.

 

Gemeentelijke retributies

Terug naar navigatie - Gemeentelijke retributies

Onder de naam retributies heft de gemeente tarieven voor diverse typen van dienstverlening. Bij retributies is sprake van een directe relatie tussen de heffing en de gemeentelijke taakuitoefening. De geraamde opbrengsten mogen niet hoger zijn dan de geraamde kosten voor die taakuitoefening. De belastingplichtige is de aanvrager van de dienst of degene voor wie de dienst is verleend. Geregeld is er landelijk publiciteit over de gemeentelijke tarieven en de verschillen daartussen. Die verschillen ontstaan in de regel als gevolg van de gemaakte beleidskeuzes. Om die beleidskeuzes zo transparant mogelijk vast te leggen gebruiken we de beschikbare VNG-modellen.

 

Rioolheffing
De kosten die de gemeente maakt als uitvloeisel van de watertaken worden op burgers en bedrijven verhaald via de rioolheffing. De kosten die uit die watertaken voortvloeien (op het gebied van afvalwaterinzameling, afvalwatertransport en afvoer van overtollig regen- en grondwater) zijn berekend in het Gemeentelijk Riolerings Plan 2018-2023 (GRP 2018-2023). De investeringen die hieruit voortvloeien worden, via de kapitaallasten, doorberekend in de tarieven. Zoals in het GRP besloten is, stijgt de rioolheffing jaarlijks met 2% vermeerderd met de inflatie (in 2021 1,6%).

   Rekening 2020

Begroting 2021

Rekening 2021
Baten totaal 1.766 1.834 1.863
Lasten totaal -1.237 -1.555 -1.155
Overhead -154 -164 -164
Btw-correctie -131 -200 -118
Voorziening mutaties* -244 85 -426
Saldo 0 0 0
Kostendekkendheid 100% 100% 100%

(bedragen x € 1.000)

*) een negatief bedrag betekent een toevoeging aan de egalisatievoorziening riolering. De lasten in dat betreffende jaar zijn lager dan de opbrengsten.

In de rioolrechten mag als last meegenomen worden de btw die gedeclareerd kan worden bij het Btw-compensatiefonds (BCF), zowel de exploitatie-btw als de investerings-btw. Immers de gemeenten worden gekort op de Algemene uitkering uit het gemeentefonds voor de btw die gemeenten kunnen declareren bij het BCF. Dit is de wettelijke compensatie die gemeenten kunnen opvoeren in hun rioolheffing.

 

Afvalstoffenheffing
Onder de naam afvalstoffenheffing wordt een recht geheven van degene die in de gemeente feitelijk gebruik maakt van een perceel waarvoor de gemeente op grond van de Wet Milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijk afval heeft. Bij het bepalen van de hoogte van de afvalstoffenheffing wordt rekening gehouden met het feit dat op begrotingsbasis de baten niet hoger mogen zijn dan de lasten. Er wordt gestreefd naar een kostendekkendheid van 100%. In 2020 had er al meer onttrokken moeten worden aan de voorziening dan er beschikbaar was. De voorziening is dan ook per eind 2020 leeg. Hiermee is de bufferfunctie om toekomstige nadelige verschillen tussen kosten en opbrengsten m.b.t. de afvalstoffenheffing te kunnen compenseren niet beschikbaar. Dit betekent dat indien de kosten de komende jaren de baten overstijgen dit saldo ten laste van de exploitatie komt. Dit is in 2021 wederom het geval. De kosten overstijgen de baten ook in 2021. De werkelijke kosten 2021 op het product afval waren € 147.465 hoger dan de opbrengsten.

   Rekening 2020 Begroting 2021
Rekening 2021
Baten totaal 2.740 2.582 2.543
Lasten totaal -2.247 -2.270 -2.160
Overhead -72 -76 -76
Btw-correctie  -460 -404 -455
Voorziening mutaties*  -109 0 0
Saldo ** 39 169 147
Kostendekkendheid 99% 93% 94%

(bedragen x€1.000)

*een negatief bedrag betekent een toevoeging aan de egalisatievoorziening riolering. De lasten in dat betreffende jaar zijn lager dan de opbrengsten.

**een positief saldo betekent dat de lasten in dat betreffende jaar zijn hoger dan de opbrengsten en dat de voorziening niet toereikend is.

In de afvalstoffenheffing mag als last meegenomen worden de btw die gedeclareerd kan worden bij het Btw-compensatiefonds (BCF), zowel de exploitatie-btw als de investerings-btw. Immers de gemeenten worden gekort op de Algemene uitkering uit het gemeentefonds voor de btw die gemeenten kunnen declareren bij het BCF. Dit is de wettelijke compensatie die gemeenten kunnen opvoeren in hun afvalstoffenheffing.

 

Begraafrechten
Deze rechten zijn voor 2021 met het reguliere inflatiepercentage van 1,6% verhoogd, omdat de kostendekkendheid van 100% nog niet bereikt was.

   Rekening 2020 Begroting 2021
Rekening 2021
Baten totaal 176 157 195
Lasten totaal -141 -152 -131
Overhead -100 -95 -95
Saldo 65 90 30
Kostendekkendheid 73% 64% 86%

(bedragen x€1.000)

 

Kwijtscheldingsbeleid

Terug naar navigatie - Kwijtscheldingsbeleid

De gemeente kan kwijtschelding verlenen aan personen die niet in staat zijn om hun belasting te voldoen. Hiervoor zijn bij wet bepaalde normen aangegeven. De gemeenteraad kan in afwijking op de wettelijke normen eigen beleid hierop voeren. Jaarlijks wordt bij het vaststellen van het 'Besluit Kwijtscheldingsregels' (Tarievennota) vastgelegd in welke mate de gemeente Wormerland afwijkt van deze wettelijke normen. Alleen een inkomensgrens toetsen is niet voldoende om te bepalen of iemand in aanmerking komt voor (gedeeltelijke) kwijtschelding. Ook factoren als bezittingen, eigen vermogen en bepaalde uitgaven die iemand heeft spelen mee. Kwijtschelding wordt alleen verleend voor onroerende zaakbelasting, roerende woon- en bedrijfsruimtebelasting, hondenbelasting, forensenbelasting, afvalstoffenheffing en rioolrechten.

  Rekening 2020 Begroting 2021
Rekening 2021
Bezwaar WOZ 290 280 267
Bezwaar overige heffingen 88 60 72
Beroep WOZ 5 1 0
Beroep overige heffingen 0 0 0
Lasten regeling kwijtschelding          € 147.000    € 154.000 € 152.000

Opbrengsten belastingen en retributies

Terug naar navigatie - Opbrengsten belastingen en retributies

In onderstaande tabel wordt aangegeven welke opbrengsten en retributies er zijn en hoeveel de inkomsten daarvan bedragen. Tevens wordt aangegeven het uiteindelijke totale netto resultaat van de heffingen.

Belastingen/retributies  Rekening 2020 Begroting 2021 (gewijzigd)
Rekening 2021
Belastingen      
OZB woningen 2.291 2.585 2.584
OZB niet-woningen 915 992 1.019
Roerende woon- en bedrijfsruimten 18 22 18
       
Precariobelasting 276 318 318
Hondenbelasting 85 82 93
Forensenbelasting 29 19 21
Toeristenbelasting 11 13 31
Totaal belastingen 3.625 4.031 4.084
       
Retributies      
Rioolrechten 1.766 1.834 1.863
Afvalstoffenheffing 2.304 2.361 2.364
Begrafenisrechten 176 157 195
Leges omgevingsvergunningen 292 196 188
Leges vergunningen (APV) 13 12 11
Leges burgerzaken 162 215 207
Leges pontveren 34 38 46
Totaal retributies 4.747 4.813 4.874
       
Kwijtscheldingen -147 -154 -152
Totaal netto-opbrengsten 8.225 8.690 8.806

(Bedragen x € 1.000)

 

In het taartdiagram hieronder ziet u een visuele vertaling van de inkomsten belastingen en retributies 2021 uit de tabel hierboven.

Leges

Terug naar navigatie - Leges

Algemeen
De tarieven voor 202 zijn primair aangepast aan de hand van het inflatiepercentage van 1,6 %, tenzij nader beperkt door wettelijke tariefstellingen.

De leges zijn onderverdeeld in drie titels;

  • Titel 1:  algemene dienstverlening (verstrekkingen uit de basisregistratie personen, burgerlijke stand, rijbewijzen, reisdocumenten, bestuursdocumenten, verkeer en vervoer),
  • Titel 2:  dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning,
  • Titel 3:  dienstverlening vallend onder de Europese dienstenrichtlijn (horeca, prostitutiebedrijven, evenementenvergoeding en overige vergunningen. Een groot deel hier bestaat uit evenementenvergunningen. Vanwege de maatschappelijke betekenis is dit vaak niet kostendekkend).

Maximaal is 100% kostendekkend toegestaan.

 

Leges: titel 1: algemene dienstverlening

   Rekening 2020 Begroting 2021 (incl. wijz.)
Rekening 2021
Baten totaal 167 215 207
Lasten totaal -770 -730 -764
Overhead -214 -310 -310
Saldo 816 825 867
Kostendekkendheid 17% 21% 19%

 (bedragen x€1.000)

 

Leges: titel 2: dienstverlening vallend onder omgevingsvergunning

 
 Rekening 2020 Begroting 2021 (incl. wijz.)
Rekening 2021
Baten totaal 292 196 188
Lasten totaal -477 -392 -321
Overhead -318 -294 -294
Saldo 502 490 503
Kostendekkendheid 37% 29% 37%

 (bedragen x€1.000)

 

Leges: titel 3: dienstverlening vallend onder de Europese dienstenrichtlijn

   Rekening 2020 Begroting 2021 (incl. wijz.)
Rekening 2021
Baten totaal 29 35 28
Lasten totaal -162 -144 -145
Overhead -144 -139 -139
Saldo 277 248 256
Kostendekkendheid 9% 12% 10%

 (bedragen x€1.000)

 

Paragraaf Bedrijfsvoering

Terug naar navigatie - Paragraaf Bedrijfsvoering

De activiteiten op het gebied van bedrijfsvoering worden uitgevoerd door OVER-gemeenten. Dit is de gezamenlijke werkorganisatie van de gemeente Wormerland en de gemeente Oostzaan. In deze paragraaf leest u een beknopte samenvatting van de Jaarrekening 2021 van OVER-gemeenten. Voor meer informatie verwijzen wij u naar de Jaarrekening van OVER-gemeenten.


Algemeen

Het jaar 2021 is een jaar dat nog lang in ons geheugen zal blijven. De coronapandemie heeft de wereld vanaf het 1e kwartaal van 2020 op zijn kop gezet. De impact op inwoners, ondernemers en maatschappelijke instellingen was en is nog steeds erg groot. OVER-gemeenten is daarop geen uitzondering. Hoewel het land inmiddels weer open is door het terugdraaien van de beperkende maatregelen, heeft de pandemie nog veel impact op het welbevinden van collega’s, ook blijft de toekomst voor velen onzeker. De ambtelijke OVER-organisatie onderging ook deze beperkingen in 2021. De medewerkers moesten veelal thuis werken en nieuwe ontwikkelingen konden slechts beperkt doorgaan.

Ondanks de crisis is de organisatieontwikkeling in het laatste kwartaal gestart met “Verbinding te OVER” (visiedocument van de nieuwe directeur), en is het management bemenst met vast benoemde afdelingshoofden, die in de rol van kwartiermaker de inrichting van hun afdelingen Bedrijfsvoering, Samenleving en Leefomgeving hebben opgepakt. Daarnaast is mede door vernieuwende werving voortgang geboekt in het aantrekken van vast personeel en het kunnen afbouwen van de externe inhuur. 

 

Bestuurlijke toekomst gemeentes

Beide raden van de gemeentes Wormerland en Oostzaan beraden zich over de bestuurlijke toekomst van de gemeentes. Intussen wordt hard gewerkt aan de versterking van OVER-gemeenten.

 

Personeel

2021 stond in het teken van werken aan stabiliteit van de organisatie en leren omgaan met de gevolgen van corona. 

Aan het begin van het jaar viel de tijdelijk directeur onverwacht uit met als resultaat drie directiewisselingen in korte tijd. Door het aantrekken van een nieuwe vaste directeur per september ontstaat de broodnodige rust om te werken aan het op orde brengen van de basis van de dienstverlening en het uitvoeren van eerder gemaakte afspraken. 

OVER-gemeenten zet in op de vervanging van ingehuurd personeel door vaste medewerkers. In de tweede helft van het jaar stokte de uitstroom van medewerkers en steeg de instroom van vaste medewerkers. Ondanks de moeilijke positie van OVER-gemeenten op de oververhitte arbeidsmarkt lukt het in toenemende mate om medewerkers te vinden die zich voor langere tijd aan onze organisatie willen verbinden.  

Het ziekteverzuim heeft onverminderd aandacht nodig en ligt boven het landelijk gemiddelde. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door bovengemiddeld hoog langdurig verzuim. De oorzaak hiervan is divers, maar de impact op de organisatie is groot

 

Informatievoorziening

Om Informatievoorziening verder te verstevigen, werken we aan professionalisering van onze processen, goed beheer van de automatisering en hebben we extra aandacht voor security. In 2021 is gewerkt om het applicatielandschap verder te harmoniseren, specifieke knelpunten in werkprocessen te adresseren en ons voor te bereiden op nieuwe wettelijke eisen die komende jaren aan gemeenten gesteld worden. Bij Ruimte en het Sociaal Domein is veel vooruitgang geboekt o.a. met ZorgNed en OpenWave.  

 

Europese aanbesteding datacentrum en digitale werkplek (DWP)
De Europese aanbesteding van het datacentrum en DWP werd met een passende inschrijving juridisch en contractueel in 2021 afgerond. De eerste maanden van 2022 volgt implementatie. Bij de aanbesteding wordt onder meer rekening gehouden met flexibiliteit voor de toekomst, informatiebeveiliging en continuïteit van de digitale dienstverlening. 


Informatiebeveiliging
Informatiebeveiliging stond dit jaar in bijzondere belangstelling. De hack van Hof van Twente en de wereldwijde kwetsbaarheid Log4j hadden ook op ICT van OVER veel impact. OVER-gemeenten versterkt zijn beveiliging door middel van pentesten, externe IT security advisering en maatwerk maatregelen op onze infrastructuur.

 

ENSIA 
In 2021 vond de verplichte zelfevaluatie op het gebied van informatiebeveiliging plaats door middel van ENSIA (Eenduidige Normatiek Single Information Audit), over de domeinen BRP en Reisdocumenten, Suwinet, BAG, BGT, BRO en DigiD. Daarbij zijn alle domeindeskundigen betrokken geweest. Met beide gemeenten zijn de verantwoordingsrapportages besproken en zijn er collegeverklaringen afgegeven. 

 

Privacy
Wettelijk gezien moet worden voldaan aan de Europese Privacywetgeving, de AVG. Binnen OVER-gemeenten is een Functionaris Gegevensbescherming aangesteld. Gedurende het jaar is afstemming geweest inzake 3 datalekken (lage impact) en zijn waar nodig de betrokken partijen geïnformeerd. Bewustwording is van blijvend belang, het onderwerp krijgt onder andere aandacht bij het (her)ontwikkelen van werkprocessen binnen vakafdelingen.

 

Financieel

De baten en lasten van OVER-gemeenten worden voor 38% toegerekend aan de gemeente Oostzaan en voor 62% aan de gemeente Wormerland, uitgezonderd de afgenomen specifieke dienstverlening. De jaarrekening 2021 sluit met een positief resultaat van € 495.798. Dit positieve resultaat wordt voornamelijk veroorzaakt doordat een gedeelte van de openstaande vacatures pas gedurende 2021 vervuld werd met vaste medewerkers met tegelijkertijd stopzetting van inhuur. Deze waren wel het gehele jaar begroot. 

 


Extra gemeenteijke bijdrage

In het Voorjaarsbericht 2021 van OVER-gemeenten is de OVER-gemeenten-begroting 2021 incidenteel bijgesteld met 1,5 miljoen, waarvan 62% ten laste van de Gemeente Wormerland komt, zijnde € 930.000. De reden van deze incidentele budgetbijstelling is het enorme personeelsverloop, de moeilijke arbeidsmarkt, hoge ziekteverzuim en de daarmee samenhangende hogere kosten voor inhuur personeel. 

In de Begroting 2022 van Wormerland is structureel € 553.731 bijgeraamd als bijdrage aan de werkorganisatie naar aanleiding van de Begroting 2022 van OVER-gemeenten.

Paragraaf Covid-19

Covid-19

Terug naar navigatie - Covid-19

Het jaar 2021 gaat wederom de boeken in als een Coronajaar. Vanaf maart 2020 heeft het Coronavirus vele aspecten in de maatschappij beïnvloed. Ook voor de gemeente Wormerland heeft dit gevolgen voor financiën, personeel en processen. In deze paragraaf zetten we de zaken die in 2021 anders dan anders zijn geweest als gevolg van de Coronapandemie uiteen.

Wat heeft het gekost?

Terug naar navigatie - Wat heeft het gekost?

In onderstaand overzichten zetten we uiteen welke gelden de raad beschikbaar heeft gesteld in verband met de extra gemaakte kosten in verband met de Coronapandemie en waaraan deze gelden zijn uitgegeven. De raad heeft, vooruitlopend op de eerste rijkscompensatie (Junicirculaire 2020) € 250.000 beschikbaar gesteld ten laste van de Algemene reserve. Deze gelden zijn in 2021 weer teruggestort aan de Algemene reserve.

Waar hebben we het aan besteed?

Terug naar navigatie - Waar hebben we het aan besteed?

In 2021 zijn de volgende lasten ten laste gebracht van het Coronabudget:

 

Voor extra kosten gemaakt voor toezichthouders, kwijtschelding huur sportcomplexen en het extra nadelige exploitatiesaldo van het zwembad, zijn specifieke regelingen ter compensatie. Deze kosten zijn daarom niet meegenomen in bovenstaand overzicht. De compensatie voor het extra tekort Zwembad over 2020, is om deze reden als negatieve last in het overzicht opgenomen. Ook de TOZO-regeling maakt geen onderdeel uit van dit overzicht, deze wordt ook apart gefinancierd. 

 

Doorkijk naar 2022
Ook in 2022 hebben we nog extra kosten door Corona. Denk alleen al aan het Corona-proof organiseren van de 3-daagse gemeenteraadsverkiezingen. In 2021 is gebleken dat de kosten hiervan een stuk hoger uitvielen dan de compensatie die we hiervoor via het Coronacompensatiepakket hadden ontvangen. Ook zijn er al verplichtingen aangegaan voor crisissamenwerking in de regio, is er huur kwijtgescholden, verwachten we nog meerkosten voor WMO en Jeugdhulp over 2021 etc. Verder is ook het verloop van de uitkeringen, bijzondere bijstand, schuldhulpverlening etc, voor de nabije toekomst ongewis. We zullen daarom bij de Jaarrekening 2021 aan de raad verzoeken om het restantbudget wederom mee te nemen naar het komende jaar.     

 

Effect op de financiële positie

De kosten in verband met de coronapanemie hebben een significant effect op de financiële positie van de gemeente Wormerland. Naar verwachting zal in 2022 zal blijken of de rijkscompensatie voldoende is om alle incidentele extra kosten in verband met Covid-19 te dekken. De reservepositie van de gemeente Wormerland laat toe dat de incidentele kosten die de rijksbijdragen overschrijden kunnen worden gedekt worden uit de Algemene reserve. Voor structurele financiële effecten heeft de gemeente Wormerland weinig ruimte in de begroting en rekenen we op rijkscompensatie.

 

Materiële onzekerheid

Er bestaat geen materiële onzekerheid omtrent de continuïteit van de bedrijfsvoering. Op 28 mei 2020 schreef de minister van Binnenlandse zaken en Koninkrijksrelaties, drs. K.H. Ollongren, in een brief aan de voorzitter van de 2e kamer dat het uitgangspunt is dat medeoverheden er als gevolg van de corona-aanpak niet slechter voor komen te staan dan daarvoor. We gaan er dus vanuit dat langetermijngevolgen van Covid-19 ook gecompenseerd zullen worden door het rijk.

 

Omzetgaranties

In 2021 zijn er, net als in 2020, omzetgaranties verstrekt aan zorgaanbieders en is zorg doorbetaald die niet of mogelijk alternatief is geleverd. Deze kosten worden apart geadministreerd zodat duidelijk onderscheid gemaakt kan worden tussen daadwerkelijk gedeclareerde zorg en de lasten vanuit de omzetgarantie gedurende de COVID-19 periode en lasten inzake ‘reguliere’ zorg. De kosten worden verantwoord op het product waar ook de reguliere zorg geboekt wordt en niet op het product 'Corona'.

Hieronder treft u een overzicht van de omzetgaranties 2021.

Omzetgaranties Werkelijke kosten 2021
Leerlingenvervoer 10.914
WMO 47.309
Eindtotaal 58.223

Hoe hebben we het organisatorisch geregeld?

Terug naar navigatie - Hoe hebben we het organisatorisch geregeld?

Organisatie

In verband met de steeds wisselende maatregelen die door het rijk werden genomen om verspreiding van Covid-19 tegen te gaan is er een regionaal beleidsteam (RBT) en gemeentelijk beleidsteam (GBT) ingericht. In het RBT en in het GBT werd besloten en afgestemd over de implementatie van de noodverordeningen, evenementen zoals 4 mei, Koningsdag, de kofferbakmarkt, de verruiming van de terrassen bij de horeca, maar ook over de TOZO-regeling, de sluiting van scholen en de sluiting van de winkels die niet in eerste levensbehoeften voorzagen om de gevolgen op lokaal niveau te inventariseren en te monitoren. Daarnaast werd ingezet op communicatie naar de inwoners, ondernemers, organisatie en gemeenteraad. Besluiten over initiatieven uit de samenleving werden ambtelijk voorbereid in een werkgroep. De Boa’s zagen samen met de politie toe op de naleving van de coronamaatregelen. Nieuw in het toezicht op naleving van de coronamaatregelen was het coronatoegangsbewijs (CTB). Het bewijs, in de vorm van een QR-code, dat de houder volledig gevaccineerd is, hersteld is van een besmetting, of recent negatief getest is op het coronavirus. Dit CBT gaf toegang tot onder andere horeca, evenementen en activiteiten gedurende een groot deel van 2021.

 

Digitale veiligheid

In 2021 hebben de meeste ambtenaren voornamelijk thuis gewerkt. Voor de Coronapandemie waren de technische mogelijkheden om thuis te werken gelukkig reeds beschikbaar. Dat had het voordeel dat zaken als veilig thuiswerken reeds geregeld waren. Er hebben zich geen belangrijke technische problemen voorgedaan. Alle bedrijfsprocessen en ingerichte beheersmaatregelen functioneerden ook bij het werken op afstand. Om te videovergaderen zijn worden, net als in 2020, voornamelijk de tools Teams en Starleaf gebruikt. Teams wordt voornamelijk gebruikt door ambtenaren en bestuurders om in contact te komen met elkaar, met inwoners, bedrijven en ketenpartners. Starleaf maakt het veilig digitaal vergaderen voor de raad mogelijk. Veel medewerkers hebben beeldschermen van OVER-gemeenten in bruikleen gekregen.

 

Processen

Verreweg de meeste processen waren reeds volledig geautomatiseerd en konden zonder aanpassing doorgang vinden tijdens het vele thuiswerken. Een beperkt aantal (administratieve) processen is vanaf de start van de pandemie in 2020 aangepast. Processen waarbij bijvoorbeeld het zetten van een fysieke paraaf of handtekening onderdeel was zijn daar waar mogelijk aangepast. Het betalingsproces is daar een voorbeeld van. Daarnaast worden vaker nota's digitaal verzonden in plaats van per post.

 

Ziekteverzuim

Het gemiddelde verzuimpercentage over 2021 is 8,1% (2020 7,7%). Volgens het CBS ligt het verzuim 2,2% hoger dan het landelijk gemiddelde voor het openbaar bestuur. OVER-gemeenten presteert goed op kortdurende verzuim, maar heeft een bovengemiddeld middellang- en langdurig verzuim. De oorzaken van het lange verzuim zijn zeer uiteenlopend, zowel mentaal als fysiek, werk- als niet werkgerelateerd. De impact van COVID 19 en de daarbij genomen maatregelen lijken beperkt invloed te hebben op het verzuimpercentage.

 

Algemeen Sociaal Domein
De alternatieve werkwijzen zoals gestart aan het begin van de pandemie zijn in 2021 voortgezet. In plaats van huisbezoeken en keukentafelgesprekken voerden onze consulenten waar gewenst of noodzakelijk hun gesprekken op afstand. Ook onze gecontracteerde zorgaanbieders in de Jeugdzorg en WMO hebben hun zorgverlening op alternatieve wijze  voortgezet of aangepast met de ervaringen vanuit de eerdere Corona perioden. De omzetgarantie voor zorgaanbieders zoals die in 2020 van toepassing was is in 2021 niet voortgezet. Wel kunnen zorgaanbieders nog de Corona meerkosten factureren die zij hebben gemaakt. Tot op heden is het beroep op deze mogelijkheid beperkt. In  2021 werden de TOZO regelingen deels voortgezet. Het beroep op de TOZO regelingen in 2021 was aanzienlijk lager dan in 2020 (468 aanvragen versus 112 aanvragen). De TOZO regelingen zijn per oktober 2021 beëindigd. 


Organisatorische  samenwerkingsverbanden
Wij hebben ervoor gekozen om de uitvoering van de TOZO regelingen uit te besteden aan gemeente Zaanstad. De afspraken zijn vastgelegd in een aanvullend contract waar de wederzijdse rechten en plichten zijn vastgelegd en ook de vergoeding voor de uitvoeringswerkzaamheden zijn opgenomen. Deze vergoeding is conform de landelijke richtlijnen (of daaronder).


Stijging uitkeringen 
In 2021 heeft de Corona crisis nog niet geleid tot een hogere algemene bijstandsuitkeringen.  Wel zien we een stijgend beroep op de bijzondere en incidentele bijstand. In 2020 verwachtten wij nog een stijging van de bijstandsuitkeringen nadat het ww-traject is afgesloten, deze verwachting is niet uitgekomen. Op basis van de landelijke ww-cijfers voorzien wij nog geen verhoogde instroom in de bijstand. Wel zijn er steeds meer signalen dat de huidige groep van inwoners met een bijstandsuitkering het steeds moeilijker krijgen a.g.v. koopkrachtverlies en mondiale ontwikkelingen (hoge brandstofkosten, stijging energiekosten). Voor de verdere toekomst verwachten wij een groter beroep op de schuldhulpverlening van de gemeente.  Wij verwachten dat deze zich in 2022 zal manifesteren.


Frauderisico TOZO
Bij het verstrekken van de TOZO uitkeringen kan mogelijk een frauderisico ontstaan. Gemeente Zaanstad heeft in haar procesgang beheersmaatregelen getroffen om frauderisico's te voorkomen waarmee opzet en bestaan zijn gewaarborgd. Ook is voorzien in de signalen van het landelijke inlichtingenbureau waarbij signalen automatisch worden ingelezen en omgezet worden in een actie in de werkprocessen.

 

Subsidies

De gemeente heeft in 2021 subsidies verstrekt aan organisaties voor activiteiten die geen doorgang hebben kunnen vinden of zijn uitgesteld in de tijd in verband met de coronamaatregelen. Daarmee ontstaat in beginsel een rechtmatigheidsvraagstuk. Het college heeft hiertoe op 25 januari 2022 een collegebesluit genomen met als titel 'Vervolg lokale noodmaatregelen corona-crisis'. In dit besluit is  één van de opgenomen noodmaatregelen: 'doorbetalen van subsidies voor activiteiten die door de coronamaatregelen tijdelijk niet door kunnen gaan'. Op 25 januari 2022 is hierover een Raadsbericht 'Vervolg lokale noodmaatregelen coronacrisis' uitgegaan.