Jaarrekening 2020

Grondslagen van waardering en resultaatbepaling

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

De jaarrekening is opgemaakt met inachtneming van de voorschriften die het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten daarvoor geeft.

Algemene grondslagen voor het opstellen van de jaarrekening

Terug naar navigatie - Algemene grondslagen voor het opstellen van de jaarrekening

De waardering van de activa en passiva en de bepaling van het resultaat vindt plaats op basis van historische kosten. Tenzij bij het desbetreffende balanshoofd anders is vermeld, worden de activa en passiva opgenomen tegen nominale waarden.

De baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben. Baten en winsten worden slechts genomen voor zover zij op balansdatum zijn gerealiseerd. Verliezen en risico's die hun oorsprong vinden voor het einde van het begrotingsjaar, worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden.

Dividendopbrengsten van deelnemingen worden als bate genomen op het moment waarop het dividend betaalbaar gesteld wordt.

Personeelslasten worden in principe toegerekend aan het boekjaar waarop ze betrekking hebben. Als gevolg van het formele verbod op het opnemen van voorzieningen c.q. schulden uit hoofde van jaarlijks terugkerende arbeidskostengerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume, worden sommige personele lasten echter toegerekend aan de periode waarin uitbetaling plaatsvindt; daarbij moet worden gedacht aan componenten zoals ziektekostenpremie ten behoeve van gepensioneerden, overlopende vakantiegeld- en verlofaanspraken en dergelijke.

Voor arbeidskostengerelateerde verplichtingen van een jaarlijks vergelijkbaar volume wordt geen voorziening getroffen of op andere wijze een verplichting opgenomen. De referentieperiode is dezelfde als die van de meerjarenraming, te weten vier jaar. Indien er sprake is van (eenmalige) schokeffecten (bijvoorbeeld reorganisaties) dient wel een verplichting opgenomen te worden.

Voor de baten van de Algemene Uitkering wordt bij de bepaling van het effect van het accres, uitgegaan van de Decembercirculaire van het desbetreffende jaar.

 

Corona-pandemie

In 2020 is de Corona-pandemie begonnen met een grote impact in de gehele wereld. Op basis van de ontwikkelingen in 2020 en hebben wij de eventuele risico’s beoordeeld. Hieruit concluderen wij dat het totaal aan risico’s voor ons niet heel veel toeneemt, maar zijn we ons wel bewust van de nog grotere noodzaak tot het voortdurend monitoren van de risico’s. Het college schat op basis van de uitgevoerde analyse dat het doorvoeren van een duurzame waardevermindering op de activa van de gemeente niet van toepassing is. De in de jaarrekening gehanteerde grondslagen voor waardering en resultaatbepaling zijn gebaseerd op een continuïteitsveronderstelling. Hoewel de toekomstige financiële impact van de uitbraak van COVID-19 ten tijde van het opmaken van deze jaarrekening niet duidelijk is, is het college van mening dat op basis van de thans beschikbare informatie, de inmiddels genomen maatregelen en de huidige liquiditeitspositie de bij het opmaken van deze jaarrekening gehanteerde continuïteitsveronderstelling niet materieel wordt beïnvloed.

Vaste activa

Terug naar navigatie - Vaste activa

Immateriële vaste activa
Er zijn geen immateriële vaste activa op de balans aanwezig.

Materiële vaste activa
Deze materiële vaste activa zijn gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs. Specifieke investeringsbijdragen van derden worden op de desbetreffende investering in mindering gebracht; in die gevallen wordt op het saldo afgeschreven. Slijtende investeringen worden vanaf het moment van ingebruikneming annuïtair afgeschreven in de verwachte gebruiksduur, waarbij rekening wordt gehouden met een eventuele restwaarde. Op grondbezit met economisch nut (buiten de openbare ruimte) wordt niet afgeschreven.  Bij de waardering wordt in voorkomende gevallen rekening gehouden met een bijzondere vermindering van de waarde, indien deze naar verwachting duurzaam is. In het begrotingsjaar heeft een dergelijke vermindering overigens niet plaatsgevonden. Dergelijke afwaarderingen worden teruggenomen als ze niet langer noodzakelijk blijken.

In december 2020 is de  nota waardering vaste activa, afschrijving en rente geactualiseerd. Voor 2020 zijn nog de afschrijvingstermijnen uit de nota activa waardering vaste activa, afschrijving en rente 2016 van toepassing:


Bedrijfsgebouwen:
• nieuwbouw 40 jaar;
• installaties 20 jaar;
• inrichting 10 jaar;
• renovaties/restauraties 20 jaar;
• verbouwingen 20 jaar.

Grond-, weg- en bouwkundige werken:
• tertiaire wegen 25 jaar;
• wegen straten in klinkers 15 jaar in asfalt 20 jaar en slijtlagen 10 jaar;
• openbare verlichting vernieuwen 15 jaar;
• bruggen 15 jaar;
• apparatuur 10 jaar;
• renovatie sluizen 25 jaar;
• aanbrengen beschoeiing 15 jaar;
• baggeren 8 jaar;
• nieuwbouw zwembad en sporthal 40 jaar;
• aanpassingen zwembad en sporthal 20 jaar;
• aanleg buitensportaccommodatie 25 jaar;
• renovatie bron-pomp en beregeningsinstallatie, verlichting allemaal 10 jaar;
• speeltoestellen 5 jaar;
• speeltuinen en speelplaatsen 10 jaar;
• aanleg riolering 40 jaar;
• drainage riolering max. 20 jaar;
• afsluiters in pompputten en pompinstallaties 15 jaar.

Vervoersmiddelen:
• vrachtauto’s en tractoren 10 jaar;
• bestelwagens, dienstauto’s, overige voertuigen, machines en werktuigen, portofoons, mobilofoons, alarmontvangers 5 jaar.

Machines, apparatuur en installaties:
• aanschaf hard- en software, faxen, kopieerapparaten, printers, e.d. 3-5 jaar;
• kadastrale informatie (gkbn) 10 jaar;
• koffieautomaten gemeentehuis 5 jaar.

 

Financiële vaste activa:
Kapitaalverstrekkingen aan gemeenschappelijke regelingen en leningen u/g zijn opgenomen tegen nominale waarde.

Vlottende activa

Terug naar navigatie - Vlottende activa

Voorraden
Er zijn geen voorraden op de balans aanwezig.

Vorderingen en overlopende activa
De vorderingen worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Voor verwachte oninbaarheid is een voorziening in mindering gebracht. De voorziening wordt statisch bepaald op basis van de geschatte inningskansen.

Liquide middelen en overlopende posten
Deze activa worden tegen nominale waarde opgenomen.

Vaste passiva

Terug naar navigatie - Vaste passiva

Voorzieningen
Voorzieningen worden gewaardeerd op het nominale bedrag van de betrokken verplichting c.q. het voorzienbare verlies. De pensioenverplichting ten behoeve van de wethouders is echter tegen de contante waarde van de (reeds opgebouwde) toekomstige uitkeringsverplichtingen gewaardeerd. De onderhoudsegalisatievoorzieningen stoelen op een meerjarenraming van het uit te voeren groot onderhoud aan (een deel van) de gemeentelijke kapitaalgoederen, waarin rekening is gehouden met de geformuleerde kwaliteitseisen. In de paragraaf onderhoud kapitaalgoederen die is opgenomen in het jaarverslag is het kwaliteitsbeleid uiteengezet.

Vaste schulden
Vaste schulden worden gewaardeerd tegen de nominale waarde, verminderd met gedane aflossingen. De vaste schulden hebben een rentetypische looptijd van één jaar of langer.

Stelsel van baten en lasten

Terug naar navigatie - Stelsel van baten en lasten

Bij het opstellen van de jaarrekening wordt het stelsel van baten en lasten gehanteerd. Bij dit stelsel wordt aan het eind van het dienstjaar rekening gehouden met de nog te ontvangen en nog te betalen bedragen die betrekking hebben op het dienstjaar. Niet geraamde bedragen worden verantwoord in het jaar waarin zij blijken.

Balans

Balans Activa

Terug naar navigatie - Balans Activa
ACTIVA
Vaste Activa
Hier moest even veel tekst komen zodat het op 2 regels komt :) 31-12-2020 31-12-2019
Immateriele vaste activa Kosten verbonden aan het sluiten van geldleningen en het saldo van agio en disagio 0 0
Totaal Immateriele vaste activa 0 0
1 - Totaal 0,00
Materiele vaste activa Investeringen met een economisch nut 15.884.617 16.344.733
Investeringen met economisch nut waarvoor ter bestrijding vd kosten een heffing kan worden geheven 8.822.443 8.884.900
Investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut 6.406.195 6.195.249
Totaal Materiele vaste activa 31.113.256 31.424.882
2 - Totaal 31.113.255,67
Financiele vaste activa Kapitaalverstrekkingen aan deelnemingen 803.327 803.327
Leningen aan Woningbouwcorporaties 3.046.904 3.269.413
Overige langlopende leningen 517.012 546.861
Totaal Financiele vaste activa 4.367.244 4.619.600
3 - Totaal 4.367.243,68
Vaste Activa-Totaal Vaste Activa-Totaal 35.480.499 36.044.482
Vlottende Activa
Hier moest even veel tekst komen zodat het op 2 regels komt :) 31-12-2020 31-12-2019
Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan 1 jaar Vorderingen op openbare lichamen 2.954.460 2.952.150
Uitzettingen in 's Rijks schatkist met een rentetypische looptijd korter dan 1 jaar 2.300.000 1.000.000
Overige vorderingen 1.414.042 1.884.153
Overige uitzettingen 596.723 549.272
Totaal Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan 1 jaar 7.265.225 6.385.575
5 - Totaal 7.265.224,80
Liquide middelen Kassaldi 2.372 2.822
Banksaldi 178.220 166.079
Totaal Liquide middelen 180.592 168.901
6 - Totaal 180.592,25
Overlopende activa Ivm voorfinanciering uitk. met specifiek doel: nog te ontv.bedragen van het Rijk 83.062 124.593
Ivm voorfinanciering uitk. met specifiek doel: nog te ontv.bedr. van overige Ned. overheidslichamen 31.448 0
Overige nog te ontvangen en vooruitbetaalde bedragen die tlv volgende begrotingsjaren komen 1.257.860 1.027.272
Totaal Overlopende activa 1.372.370 1.151.865
7 - Totaal 1.372.369,61
Vlottende Activa-Totaal Vlottende Activa-Totaal 8.818.187 7.706.341
Totaal activa Totaal activa 44.298.686 43.750.823
Geheel - Totaal 44.298.686 43.750.823
28-jun-2021 9:18:06

Balans Passiva

Terug naar navigatie - Balans Passiva
PASSIVA
Vaste passiva
Hier moest even veel tekst komen zodat het op 2 regels komt :) 31-12-2020 31-12-2019
Eigen Vermogen Algemene reserve 4.266.445 5.484.805
Bestemmingsreserves 12.706.374 12.207.737
Het gerealiseerde resultaat volgend uit een overzicht van baten en lasten in de jaarrekening -577.134 287.238
Totaal Eigen Vermogen 16.395.685 17.979.780
1 - Totaal 16.395.685,45
Voorzieningen Voorzieningen 5.571.170 5.185.302
Totaal Voorzieningen 5.571.170 5.185.302
2 - Totaal 5.571.170,33
Vaste schulden, met een rentetypische looptijd van 1 jaar of langer Onderhandse leningen van binnenlandse banken en financiële instellingen 14.359.879 15.387.315
Waarborgsommen 6.295 6.295
Totaal Vaste schulden, met een rentetypische looptijd van 1 jaar of langer 14.366.174 15.393.611
3 - Totaal 14.366.174,15
Vaste passiva-Totaal Vaste passiva-Totaal 36.333.030 38.558.693
Vlottende Passiva
Hier moest even veel tekst komen zodat het op 2 regels komt :) 31-12-2020 31-12-2019
Netto-vlottende schulden, met een rentetypische looptijd korter dan 1 jaar Kasgeldlen. aangegaan bij openb.lichamen als bedoeld in art.1, ond.a, van de Wet fin. decentr.overh. 0 0
Banksaldi 507 476
Overige Schulden 3.317.840 2.521.998
Totaal Netto-vlottende schulden, met een rentetypische looptijd korter dan 1 jaar 3.318.347 2.522.474
4 - Totaal 3.318.347,05
Overlopende passiva Verplichtingen die een volgend jaar tot betaling komen 2.652.604 2.369.545
Ivm voorfinanciering uitk. met specifiek doel: ontvangen van het Rijk 1.984.422 278.443
Ivm voorfinanciering uitk. met specifiek doel: ontvangen van overige Nederlandse overheidslichamen 8.025 18.211
Overige vooruitontvangen bedragen die tbv de volgende begrotingsjaren komen 2.258 3.457
Totaal Overlopende passiva 4.647.309 2.669.657
5 - Totaal 4.647.309,03
Vlottende Passiva-Totaal Vlottende Passiva-Totaal 7.965.656 5.192.131
Totaal activa Totaal activa 44.298.686 43.750.823
Geheel - Totaal 44.298.686 43.750.823
6-jul-2021 10:27:46

Toelichting op de balans

Activa

Terug naar navigatie - Activa

A. VASTE ACTIVA

Conform de nota “Waardering van vaste activa, afschrijving en rente” wordt de activa sinds 2003 afgeschreven volgens de annuïteitenmethode. Vanaf 2017 wordt met een omslagrente van 4% gerekend, conform de in 2016 geactualiseerde nota. In december 2020 is de nota waardering activa, afschrijving en rente opnieuw geactualiseerd, hierin is vastgelegd dat met ingang van 2021 jaarlijks bij de Kadernota het omslagpercentage wordt vastgesteld.  De afschrijvingstermijnen van de diverse activa worden in de “Staat van geactiveerde kapitaaluitgaven” genoemd, evenals de (degen, de afschrijvingsbedragen en de rentelasten.

 

Immateriële vaste activa

 

2020

2019

Boekwaarde begin boekjaar

0

0

Vermeerderingen

0 0

Verminderingen

0

0

Afschrijvingen

0

0

Extra afschrijvingen (i.v.m. stelselwijziging)

0

0

Boekwaarde einde boekjaar

0

0

 

Materiële vaste activa

De materiële vaste activa kunnen als volgt worden onderverdeeld:

 

 

Boekwaarde

31-12-2020

Boekwaarde

31-12-2019

1. Gronden en terreinen

(ec.nut)

813.736 813.736

2. Woonruimten

(ec.nut)

0 125

3. Bedrijfsgebouwen

(ec.nut)

14.627.621 15.015.524

4. Grond-, weg- & waterbouwk.werken  

(ec.nut)

205.161 215.390

 

(ec.nut, waarvoor heffing kan worden geheven)   

8.822.444 8.884.900

 

(maatsch.nut)

6.406.195 6.195.249

5. Vervoermiddelen

(ec.nut)

80.959 120.500

6. Machines, apparatuur & installaties

(ec.nut)

157.140 179.458

Totaal materiële vaste activa

 

31.113.256 31.424.882

 

 

Het verloop gedurende het jaar 2020 ziet er in totaliteit als volgt uit:

 

2020

2019

Boekwaarde begin boekjaar

31.424.882 31.187.874

Vermeerderingen

680.522 1.723.758

Verminderingen

-125 -556.816

Bijdragen van derden

-10.000 0

Afschrijvingen

-982.023 -929.934

Extra afschrijvingen

0 0

Reclassificatie beginbalans

0 0

Boekwaarde einde boekjaar 

31.113.256 31.424.882

 

In de balans is de volgende onderverdeling gemaakt:

 

2020

2019

 - Investeringen met een economisch nut:

15.884.617 16.344.733

 - Investeringen met een economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden toegepast: 

8.822.443 8.884.900

 - Investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut:

6.406.195 6.195.249

Totaal

31.113.256 31.424.882

 

Hieronder is het verloop per onderdeel weergegeven:

Gronden en terreinen

2020

2019

Boekwaarde begin boekjaar

813.736 937.049

Reclassificatie beginbalans

0 0

Investeringen

0 52.000

Desinvesteringen

0 -175.313

Bijdragen van derden, direct gerelateerd

0 0

Afschrijvingen

0 0

Afwaardering wegens duurzame waardevermindering

0 0

Boekwaarde einde boekjaar  

813.736 813.736

 

Woonruimten

2020

2019

Boekwaarde begin boekjaar

125 11.486

Investeringen

0 0

Desinvesteringen

-125 -11.361

Bijdragen van derden, direct gerelateerd

0 0

Afschrijvingen

0 0

Afwaardering wegens duurzame waardevermindering

0 0

Boekwaarde einde boekjaar

0 125

 

Bedrijfsgebouwen

2020

2019

Boekwaarde begin boekjaar

15.015.524 15.321.732

Investeringen

23.452 83.158

Desinvesteringen

0 0

Bijdragen van derden, direct gerelateerd

0 0

Afschrijvingen

-411.355 -389.366

Afwaardering wegens duurzame waardevermindering

0 0

Boekwaarde einde boekjaar 

14.627.621 15.015.524

 

Grond- weg- en waterbouwkundige werken

2020

2019

Boekwaarde begin boekjaar

15.295.539 14.601.697

Investeringen

635.170 1.533.750

Desinvesteringen

0 0

Bijdragen van derden, direct gerelateerd

-10.000 -370.142

Afschrijvingen

-486.911 -469.766

Afwaardering wegens duurzame waardevermindering

0 0

Boekwaarde einde boekjaar 

15.433.798 15.295.539

 

Vervoermiddelen

2020

2019

Boekwaarde begin boekjaar

120.500 93.933

Investeringen

0 54.850

Desinvesteringen

0 0

Bijdragen van derden, direct gerelateerd

0 0

Afschrijvingen

-39.541 -28.283

Afwaardering wegens duurzame waardevermindering

0 0
Boekwaarde einde boekjaar 80.959 120.500

 

Machines, apparatuur en installaties

2019

2019

Boekwaarde begin boekjaar

179.458 221.975

Investeringen

21.900 0

Desinvesteringen

0 0

Bijdragen van derden, direct gerelateerd

0 0

Afschrijvingen-

-44.218 -42.517

Afwaardering wegens duurzame waardevermindering

0 0

Boekwaarde einde boekjaar 

157.140 179.458

 

 

De in 2020 geïnvesteerde bedragen (> € 25.000) worden hieronder nader toegelicht:

Grond-, weg- & waterbouwkundige werken 2020
Wegenbeheerplan: Rigastraat en Papiermakerstraat 49.505
Wegenbeheerplan: Ketelhuisterrein 278.958
Vervanging Bruynviswegbrug 35.526
Vervanging beschoeiing wegsloot Jisp 34.200
Vrijvervalriolering Ketelhuisterrein 2020 (GRP 2018-2023) 156.454
   

 

Ter aanvulling een toelichting van de in 2020 verminderde investeringen (opbrengsten groter dan € 25.000; bedragen inkomsten/baten worden aangegeven met een ‘min’):

In 2020 waren er geen verminderde investeringen groter dan € 25.000

 

Voor het verloop per krediet, de uitgegeven bedragen en de restantkredieten per 31-12-2020 verwijzen we naar het Overzicht stand van zaken investeringskredieten, welke opgenomen is na de toelichting op de balans.

 

 

Financiële vaste activa

Kapitaalverstrekkingen aan deelnemingen: 2020

Boekwaarde begin dienstjaar

803.327

Investeringen

0

Desinvesteringen

0

Afschrijvingen/Aflossingen

0
Doorgevoerde waardevermindering 0
Boekwaarde eind dienstjaar
803.327

 

Leningen aan Woningbouwcorporaties: 2020

Boekwaarde begin dienstjaar

3.269.412

Investeringen

0

Desinvesteringen

0

Afschrijvingen/Aflossingen

-222.508
Doorgevoerde waardevermindering 0
Boekwaarde eind dienstjaar
3.046.904

 

Overige langlopende leningen:

Verenigings-gebouw

Starters-leningen

Duurzaamheids-leningen Blijvers-leningen Totaal
Boekwaarde 01-01-2020 122.000 205.853 204.271 14.737 546.861
Investeringen 0 80.565 20.538 0 101.103
Desinvesteringen 0 0 0 0 0
Afschrijvingen/Aflossingen 0 -103.355 -26.920 -677 -130.952
Doorgevoerde waardevermindering 0 0 0 0 0
Boekwaarde 31-12-2020 122.000 183.063 197.889 14.060 517.012

 

 

 

B. VLOTTENDE ACTIVA

 

 

Uitzettingen met een rentetypische looptijd < 1 jaar

Stand

31-12-2020

Voorziening

oninbaarheid

Boekwaarde

31-12-2020

Boekwaarde

31-12-2019

Vorderingen op openbare lichamen 2.954.460 0 2.954.460 2.952.150
Uitzettingen in 's Rijks schatkist met rentetypische looptijd <1 jaar 2.300.000 0 2.300.000 1.000.000
Overige vorderingen 1.643.584 -229.542 1.414.042 1.884.153
Overige uitzettingen 596.723 0 596.723 549.272
Totaal uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan 1 jaar 7.494.767 -229.542 7.265.225 6.385.575

 

Nadere toelichting:

Vorderingen op openbare lichamen

De vordering op openbare lichamen van € 2.954.460 betreft hoofdzakelijk een vordering in het kader van het btw-compensatiefonds over 2020. Dit bedrag ontvangen we jaarlijks rond 1 juli van het jaar erna.

 

Uitzettingen in 's Rijks schatkist met rentetypische looptijd <1 jaar

De uitzetting in 's Rijks schatkist van € 2.300.000 betreft de overtollige liquide middelen die we hadden uitstaan bij het ministerie op 31 december 2020. Dit bedrag is € 1.300.000 hoger dan de situatie per 31-12-2019. Deze saldi zijn echt momentopnamen, welke dagelijks kunnen wijzigen.

 

Overige vorderingen

De overige vorderingen betreffen zowel belastingvorderingen in beheer bij Cocensus, vorderingen van sociale zaken en overige vorderingen in beheer bij de gemeente. Ten opzichte van 2019 zijn de overige vorderingen afgenomen met ruim  € 470.000. De voornaamste oorzaak van forse daling is het feit dat per ultimo 2020 nog ruim € 383.000 te vorderen te vorderen is in verband met de realisatie van sportpark Neck, dat was eind 2019 nog ruim een miljoen.

In het volgende overzicht staan per dienstjaar de debiteurensaldi weergegeven, uitgesplitst in debiteuren in eigen beheer, belastingdebiteuren en debiteuren sociale zaken.

Jaar Debiteuren in eigen beheer Belastingdeb. beheerd door Cocensus Debiteuren Sociale Zaken Totaal
t/m 2011 0 0 118.427 118.427
2012 292 1.644 11.493 13.429
2013 0 2.313 9.664 11.977
2014 100 3.914 34.133 38.147
2015 0 5.047 38.844 43.891
2016 30 11.488 14.628 26.146
2017 738 79.065 40.864 120.667
2018 3.000 21.022 81.449 105.471
2019 396.587 52.030 63.605 512.222
2020
256.934 219.743 238.824 715.501
Totaal 657.681 396.266 651.930 1.705.877
Voorziening -10.759 -74.397 -144.385 -229.541
Saldo 646.922 321.869 507.545 1.476.336

 

Overige uitzettingen

De overige uitzettingen betreft de gelden in het Revolving Fund. Deze gelden zijn beschikbaar voor het verstrekken van leningen in het kader van Volkshuisvesting, Startersleningen, Duurzaamheidsleningen en Blijversleningen . Het saldo in het Revolving Fund is € 47.451 hoger is dan ultimo 2019. Dit verschil wordt voornamelijk veroorzaak doordat eruim € 80.000 startersleningen en € 20.000 aan duurzaamheidsleningen verstrekt zijn en is er ruim € 130.000 afgelost.

 

 

Liquide middelen (activa en passiva)

2020

2019

Bankrekeningen:

 

 

1. Rabobank Burgerzaken

2.876 2.347

2. BNG Algemene Dienst

175.344 163.733

3. BNG Sociale Zaken

-34 -27

4. BNG Belastingen (Cocensus)

-473 -449

Totaal bankrekeningen:

177.713 165.604

Gelden in kas

2.372 2.822

Totaal liquide middelen

180.085 168.426

 

In de balans worden de positieve saldi vermeld aan de activazijde en de negatieve saldi aan de passivazijde. Hiertoe zijn de volgende bedragen opgenomen:

 

2020 2019

Liquide middelen - debet

180.592 168.901

Liquide middelen - credit  

-507 -475

Totaal liquide middelen

180.085 168.426

 

 

Schatkistbankieren

Op 15 december 2013 is de wet Verplicht schatkistbankieren van kracht geworden. Dit houdt in dat decentrale overheden hun overtollige middelen (gelden op rekening-courant bij de bank boven een bepaald drempelbedrag) aan moeten houden bij het Ministerie van Financiën (de schatkist). Het doel hiervan is het verlagen van de EMU-schuld van de collectieve sector. Doordat de decentrale overheden hun tijdelijk overtollige gelden aanhouden in de schatkist, wordt de externe financieringsbehoefte van het Rijk verminderd. De gemeenten hebben een rekening-courant bij de schatkist waar gelden op aangehouden kunnen worden.

Voor Wormerland is het zogenaamde drempelbedrag € 267.300. Per kwartaal mag het totaal van alle liquide middelen op de diverse bankrekeningen en in kas, niet boven dit bedrag uitkomen.

Zoals in onderstaande tabel te zien is, is dat voor alle vier de kwartalen het geval, zie onder (2).

 

Overlopende activa

I.v.m. voorfinanciering uitkeringen met specifiek doel: nog te ontvangen bedragen van het Rijk

De in de balans opgenomen van Europese en Nederlandse overheidslichamen nog te ontvangen voorschotbedragen die ontstaan door voorfinanciering op uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel, kunnen als volgt gespecificeerd worden:

Te ontvangen bedragenvan het Rijk

 

Instantie

Stand 

31-12-2019

Ontvangen

Toevoegingen

Vrijgevallen

bedragen

Stand 

31-12-2020

BTW MFA Neck

Bel.dienst

124.593 41.531     83.062

Totaal

 

124.593 41.531 0

0

83.062

De totale btw vordering inzake de MFA in Neck wordt in jaarlijks gelijke bedragen van 41.531 euro tot en met 2022 ontvangen.

 

I.v.m. voorfinanciering uitkeringen met specifiek doel: nog te ontvangen bedragen van overige Nederlandse overheidslichamen

Te ontvangen bedragen van overige overheidslichamen

Instantie

Stand 

31-12-2019

Ontvangen

Toevoegingen

Vrijgevallen

bedragen

Stand 

31-12-2020

Nog te ontvangen subsidie zwerfafval*
Nedvang -8.436   39.884   31.448

Totaal

 

        31.448

* Subsidie zwerfafval was per 31 december 2019 een 'vooruitontvangen subsidie' en dus verantwoord aan de passivazijde van de balans. Er zijn per eind 2020 echter meer kosten gemaakt dan het voorgeschoten subsidiebedrag. Per 31 december 2020 is deze subsidie dus een 'nog te ontvangen subsidie' en daarom verplaatst naar de activazijde van de balans.

 

Overige nog te ontvangen en vooruitbetaalde bedragen die t.l.v. volgende begrotingsjaren komen

Hieronder vallen de transitorische baten (bedragen die we in 2021 nog verwachten te ontvangen, voor zaken die betrekking hebben op 2020), de nog te ontvangen inkomsten 2020 en vooruitbetaalde kosten over 2021. Per 31 december 2020 was de precariobelasting 2019 en 2020 nog niet opgelegd, dit is de voornaamste oorzaak dat deze balanspost hoger is dan eind 2020. 

 

Passiva

Terug naar navigatie - Passiva

 

B. VASTE PASSIVA

 

 

Eigen Vermogen

Het eigen vermogen is onderverdeeld in de reserves en het resultaat na bestemming.

De reserves bestaan uit: 2020 2019
Algemene Reserve 4.266.445 5.484.805
Overige bestemmingsreserves 12.706.374 12.207.737
Totaal  16.972.819 17.692.542

 

De mutaties in de reserves zijn opgebouwd uit: 2020 2019
Boekwaarde begin boekjaar 17.692.542 18.821.293
Vermeerderingen (excl. verschuivingen)  2.225.409 1.436.930
Verminderingen (excl. verschuivingen)  -2.945.132 -2.565.681
Boekwaarde einde boekjaar: 16.972.819 17.692.542

Het verloop in 2020 wordt in het volgende overzicht per reserve weergegeven

Terug naar navigatie - Het verloop in 2020 wordt in het volgende overzicht per reserve weergegeven
RESERVES Saldo 1 januari 2020 Resultaatbestemming 2019 Toevoegingen 2020 Rentetoerekening 2020 Onttrekkingen 2020 Verminderingen i.v.m. afschrijvingen op activa Saldo 31 december 2020
Algemene reserve 5.484.805 278.154 185.026 0 1.681.540 0 4.266.445
Totaal Algemene reserve 5.484.805 278.154 185.026 0 1.681.540 0 4.266.445
Egalisatiereserve Algemene uitkering 109.490 0 0 0 71.976 0 37.514
Reserve Nog uit te voeren werken 274.560 161.733 196.666 0 448.819 0 184.140
Bestemmingsreserve Brandweerkazerne Wormer 731.220 0 0 0 0 52.798 678.422
Bestemmingsreserve Verkiezingen 13.964 0 31.123 0 3.417 0 41.670
Bestemmingsreserve Opstellen omgevingsplannen 54.510 0 18.000 0 11.315 0 61.195
Bestemmingsreserve Sociaal Domein 994.468 -389.747 550.901 0 874.839 0 280.783
Bestemmingsreserve Innovatie Sociaal Domein (onderdeel van Reserve Sociaal Domein) 137.301 0 0 0 12.199 0 125.102
Fonds Volkshuisvesting 912.790 0 5.400 0 0 0 918.190
Bestemmingsreserve Privatisering sportvelden 22.839 0 0 0 0 0 22.839
Ontwikkelingsfonds 327.125 0 150.000 0 0 0 477.125
Bestemmingsreserve Monumentenzorg 55.846 0 0 0 1.375 0 54.472
Bestemmingsreserve Duurzame energie 99.124 0 0 0 0 0 99.124
Bestemmingsreserve Onderzoeken herbouw sportcomplexen 51.999 0 0 0 12.000 0 39.999
Bestemmingsreserve Onderhoud vaarwegen 28.541 0 90.000 0 26.006 0 92.535
Fonds Duurzaamheidsleningen 829.705 0 627 0 0 0 830.332
Bestemmingsreserve Speelplaatsen 120.173 0 60.000 0 62.474 0 117.699
Bestemmingsreserve Duurzame vervanging openbare verlichting 450.000 0 0 0 0 0 450.000
Reserve Zaanbrug 5.920.000 0 1.040.000 0 0 0 6.960.000
Bestemmingsreserve Duurzaamheid 924.047 237.098 0 0 76.121 0 1.085.024
Bestemmingsreserve Blijversleningen 150.034 0 175 0 0 0 150.209
Totaal Bestemmmingsreserves 12.207.737 9.084 2.142.892 0 1.600.541 52.798 12.706.374
Totaal reserves 17.692.542 287.238 2.327.918 0 3.282.081 52.798 16.972.819
28-jun-2021

Hieronder volgt een toelichting op de aard en reden van iedere reserve:

Terug naar navigatie - Hieronder volgt een toelichting op de aard en reden van iedere reserve:

Algemene reserve
De voornaamste functie van de algemene reserve is de bufferfunctie. Deze functie heeft als rol om fluctuaties in de exploitatiesfeer in de toekomst te kunnen opvangen; de voordelige resultaten van jaarrekeningen worden toegevoegd, terwijl nadelige saldi eraan onttrokken kunnen worden.

Overige bestemmingsreserves

Egalisatiereserve algemene uitkering

Deze reserve is bedoeld om grilligheden in de hoogte van de algemene uitkering te ondervangen.

Nog uit te voeren werken
Deze reserve is ingesteld om beschikbaar gestelde gelden voor projecten die aan het eind van enig boekjaar nog niet zijn afgerond te reserveren voor de afronding in het jaar daarna.

Nieuwe brandweerkazerne
Deze reserve is ingesteld om de jaarlijkse kapitaallasten van de opstallen van de brandweerkazerne in Wormer te kunnen dekken, zodat deze niet op de jaarlijkse exploitatie drukken.

Verkiezingen
Middels deze reserve worden onregelmatige uitgaven in de diverse jaren gelijk verdeeld over de jaren. Het ene jaar zijn er immers geen verkiezingen, het volgende jaar zijn het er één of twee. Door deze reserve blijven de jaarlijkse lasten voor de exploitatie gelijk, nl. het gemiddelde benodigde bedrag.

Opstellen Omgevingsplannen
Het doel van deze reserve is de pieken in de uitgaven m.b.t opstellen van omgevingsplannen te voorkomen zodat de jaarlijkse lasten voor de exploitatie gelijk blijven.

Sociaal Domein
Het doel van deze reserve 'Sociaal Domein' is de tekorten binnen het sociaal domein op te kunnen vangen. Zodoende loopt de gemeente minder risico als de uitgaven op het Sociaal Domein hoger uitvallen dan begroot. 

Innovatie Sociaal Domein
Deze reserve is een sub-reserve van de reserve 'Sociaal Domein'. Er is besloten een gedeelte (oorspronkelijk € 150.000) hieruit af te zonderen en speciaal te bestemmen voor innovatie.

Fonds volkshuisvesting
Uit deze reserve zijn leningen verstrekt aan de woningstichting in het kader van het Stimuleringsfonds Volkshuisvesting en aan particulieren in de vorm van Startersleningen.

Privatisering sportvelden
Deze reserve is ingesteld om de privatisering van het onderhoud van de sportverenigingen te financieren.

Ontwikkelingsfonds
Het ontwikkelingsfonds is ingesteld voor rendabel maken van bouwgrondexploitaties.

Monumentenzorg
Deze reserve is gecreëerd als buffer om externe adviezen etc. uit te kunnen betalen. In de toekomst zullen wellicht nieuwe objecten onderzocht worden alsook bouwhistorische onderzoeken van bestaande rijks- en provinciale monumenten. Tot en met 2021 is de subsidie voor onderhoud van gemeentelijke monumenten afgeroomd.  Indien er meer subsidie vertrekt wordt dan begroot is dan zal dit betaald worden uit deze reserve.

Duurzame energie
Deze reserve wordt ingezet voor het Duurzaamheidsprogramma, Energietransitieplan en Duurzaam bouwloket.

Renovatie/onderhoud sportvelden --> Onderzoeken herbouw sportcomplexen
In 2020 is de reserve Renovatie en onderhoud sportvelden hernoemd naar Bestemmingsreserve Onderzoeken herbouw sportcomplexen. Er is geen reserve meer nodig voor onderhoud sportvelden daar deze geheel bij de sportverenigingen is belegd. De reserve Onderzoeken herbouw sportcomplexen is ingesteld  om de mogelijkheden tot herbouw van sportcomplexen (waaronder de sporthal Wormer) te kunnen onderzoeken.

Onderhoud vaarwegen
Deze reserve is bedoeld voor het baggeren van het binnenstedelijk gebied. Omdat dit meestal in de winter gebeurt, en daarom het ene jaar de uitgaven voornamelijk in het 'oude' boekjaar komen, en de volgende keer in het 'nieuwe' boekjaar, is er een aantal jaren geleden voor gekozen het beschikbare budget uit de jaarlijkse exploitatie, naar een reserve door te sluizen, zodat er geen pieken en dalen in de werkelijke uitgaven komen.

Fonds duurzaamheidsleningen
Deze reserve is ingesteld voor het verstrekken van duurzaamheidsleningen.

Speelplaatsen
Jaarlijks wordt een regulier bedrag aan deze reserve toegevoegd en de uitgaven van het desbetreffende jaar worden er aan onttrokken. Hierdoor worden schommelingen in de exploitatie voorkomen.

Duurzame vervanging openbare verlichting
Op 17 november 2015 is door de Raad tot deze reserve besloten om over een periode van 15 jaar de openbare verlichting in zijn geheel te kunnen vervangen door duurzamere verlichting.

Nieuwe Zaanbrug
De gelden die bestemd zijn voor de dekking van de bouw van de nieuwe Zaanbrug zijn afgezonderd vanuit de reserve Nuon-gelden en in deze nieuwe reserve gestort. Nadat de brug een feit is, worden de jaarlijkse afschrijvingslasten aan deze reserve onttrokken.

Duurzaamheid
Deze reserve is ontstaan vanuit de reserve Nuon-gelden, De reserve is ingesteld om een bijdrage te leveren aan de ambities gesteld in het Nationale Energieakkoord uit 2013 (16 % duurzame opwekking in 2023 en/of 1,5 % energiebesparing per jaar). Het Klimaatakkoord uit 2019 is een initiatief van het kabinet en bouwt voort op het Energieakkoord uit 2013. Het doel van het Klimaatakkoord is vermindering van de uitstoot van broeikassen. Concreet ligt er een claim op de gelden in de reserve Duurzaamheid voor de jaarlijkse duurzaamheidsinitiatieven, de aanpak van bodemdaling Wormer- en Jisperveld en de voor 3,5 jaar aangetrokken duurzaamheidsmanager.

Blijversleningen
Deze reserve is ingesteld voor het kunnen verstrekken van leningen aan mensen die hiermee aanpassingen in hun woning kunnen laten doen waardoor ze langer in hun huis kunnen blijven wonen.

 

De reserves waarvan de totale toevoeging of onttrekking groter is dan € 25.000 worden hieronder toegelicht:

Algemene Reserve
 
Algemene Reserve  

Toevoeging vanuit de resultaatbestemming van 2019

278.154

Toevoeging conform begroting: jaarlijks 20% van de precario-opbrengst aframen om toekomstige wegval van precario-opbrengst geleidelijk op te vangen

175.026

Toevoeging: terugstorten van het eerder beschikbaar gesteld bedrag voor het fietsnetwerk, welke niet doorgaat.

10.000
 Totaal toevoegingen:  463.180
Onttrekking ten behoeve van de reserve Zaanbrug (€ 550.000 + € 490.000) -1.040.000
Onttrekking i.v.m. aanbesteding datacenter -252.340
Onttrekking i.v.m. incidentele extra bijdrage aan OVER-gemeenten
-99.200
Onttrekking ten gunste van het Coronabudget -250.000
Onttrekking t.b.v. raadsdebat regionale samenwerking -30.000
Onttrekking t.b.v. opstellen Erfgoednota -10.000
Totaal onttrekkingen: -1.681.540
   

 

Bestemmingsreserves  
Egalisatiereserve Algemene Uitkering  

Onttrekking: in 2020 hebben we minder algemene uitkering ontvangen dan begroot, dit is onttrokken aan deze egalisatiereserve

-71.976
Totaal onttrekkingen: -71.976
   
Nog uit te voeren werken  
Toevoeging vanuit de resultaatbestemming van de jaarrekening 2019: Traject bestuurlijke toekomst
17.733
Toevoeging vanuit de resultaatbestemming van de jaarrekening 2019: Implementatie van de omgevingswet (restantbudget 2019) 144.000
Toevoeging: Implementatie omgevingswet (restant budget 2020) 136.312
Toevoeging: buurtcamping 13.000
Toevoeging: Erfgoedverhalen 7.354
Toevoeging: Raadsdebat bestuurlijke toekomst 30.000
Toevoeging: Project Integriteit 10.000
Totaal toevoegingen: 358.399
Onttrekking: Vanuit deze reserve zijn uitgaven gedaan uit eerder gereserveerde budgetten, zoals onder andere kosten m.b.t. de burgemeesterswissel, Metropoolregio Amsterdam, plan van aanpak Veenweidegebied, verduurzaming sporthal, aanpak bodemdaling Wormer- en Jisperveld,  onderhoud kunstwerken, nota Toerisme en Recreatie en het traject Bestuurlijke Toekomst.
-113.476

Onttrekking:  Dit deel van de  eerder gereserveerde budgetten valt vrij uit deze reserve. De drie grootste oorzaken zijn de meevallende prognose van de saneringkosten van de grond Sluisstraat in Oostknolledan (vrijval €150.000) en de ruim € 167.000 gerserveerde kosten voor meerjarig onderhoud MFA Kameelstraat is verplaatst naar daarvoor bestemde voorziening. Tot slot noemen we de vrijval van €10.000 gereserveerd t.b.v. het fietsnetwerk, welke niet doorgaat.

-335.342
Totaal onttrekkingen: -448.818
   
Nieuwe brandweerkazerne  
Jaarlijkse onttrekking van de kapitaallasten van de opstallen van de brandweerkazerne in Wormer, conform begroting -52.798
Totaal onttrekkingen:  -52.798
   
Verkiezingen  

Jaarlijkse toevoeging conform begroting

31.123
Totaal toevoegingen:  31.123
   
Sociaal Domein  
Restbudget 2020 Jeugdteam-innovatiebudget t.b.v. pilot gezinscoaches in 2021 93.476
Restbudget 2020 Implementatiekosten nieuwe Wet Inburgering 32.507
Restbudget 2020 Veranderopgave 18.619
Restbudget 2020 Communicatie Sociaal domein 16.552
Totaal toevoegingen: 161.154
Onttrokken vanuit de bestemming van het resultaat van de jaarrekening 2019 -389.747
Het extra beschikbaar gestelde budget voor Jeugdhulp in 2020 onttrekken conform besluit Najaarsbericht 2020 -121.000
Het in 2019 ontvangen bedrag voor het Transformatieplan Jeugd van €46.861 is in 2019 aan de reserve Sociaal Domein toegevoegd. Deze gelden worden vanaf december 2020 ingezet ten behoeve van de 1-jarige pilot gezinscoaches. De kosten hiervan voor de maand december, ad €2.933 zijn onttrokken aan de reserve Sociaal Domein -2.933
Het negatieve saldo van 2020 van het Sociaal Domein is onttrokken aan deze reserve Sociaal Domein (inclusief omzetgaranties)
-361.159
Totaal onttrekkingen: -874.839
Ontwikkelingsfonds  
Toevoeging: aan de reserve Ontwikkelingsfonds is in 2019 € 200.000 onttrokken voor de Sanering van de Sluisstraat in Oostknollendam, ter ondersteuning van het ontwikkelen van sociale woningbouw. De huidige prognose van deze sanering is bijgesteld naar € 50.000, daarom kan er € 150.000 terugvloeien in de reserve Ontwikkelfonds waar deze ook uit onttrokken is in 2019.
150.000
Totaal toevoegingen:  150.000
Onderhoud vaarwegen  

Conform de begroting is aan deze reserve het jaarlijkse bedrag van € 90.000 toegevoegd

90.000

Totaal toevoegingen:  90.000
Conform het bestaand beleid zijn de werkelijke kosten die gemaakt zijn in de exploitatie voor het baggeren, aan deze reserve onttrokken -26.006
Totaal onttrekkingen: -26.006
   
Speelplaatsen  

Het reguliere begrote bedrag is aan de reserve toegevoegd

60.000

Totaal toevoegingen: 60.000

De werkelijk gemaakte kosten zijn onttrokken

-62.474
Totaal onttrekkingen: -62.474
Duurzaamheid  
 Toevoeging vanuit de resultaatbestemming van de jaarrekening 2019: de ontvangen Klimaatgelden uit het gemeentefonds 237.098
Totaal toevoegingen: 237.098
Werkelijke kosten duurzaamheidsmanager 2020 -67.406
Werkelijke kosten duurzaamheidsinitiatieven 2020 -8.715
 Totaal onttrekkingen: 76.121
Zaanbrug  
Toevoeging reserve Zaanbrug ivm dekkingsmethodiek kapitaallasten reeds eerder gevoteerd krediet Zaanbrug (besloten in primaire begroting 2020). De kapitaalasten van het aanvullende krediet net als het oorspronkelijke krediet dekken uit de reserve Zaanbrug en niet ten laste van de exploitatie. 500.000
Toevoeging reserve Zaanbrug i.v.m. dekking kapitaallasten aanvullend krediet Zaanbrug van € 390.000 in verband met indexering 2020 t/m 2023 (raadsbesluit sept 2020) 390.000
Toevoeging reserve Zaanbrug i.v.m. dekking kapitaallasten aanvullend krediet Zaanbrug van € 100.000 (raadsbesluit sept 2020) 100.000
Totaal toevoegingen: 1.040.000
   

 

Voorzieningen

  2020 2019
Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico's 2.627.282 2.157.188
Onderhoudsegalisatievoorzieningen 1.487.962 1.707.111
Door derden beklemde middelen met een specifieke aanwendingsrichting  1.455.927 1.321.002
Totaal  5.571.470 5.185.302

 

 

Het verloop van de voorzieningen in 2020 wordt in onderstaand overzicht weergegeven:

Voorzieningen

Saldo
01-01-2020

Toevoegingen 2020

Vrijgevallen bedragen 2020

Aanwendingen  2020

Saldo
31-12-2020 

Voorzieningen ter egalisering van de kosten

         
Meerjaren onderhoudsplan (MOP) gebouwen 1.641.845 488.171 0 723.233 1.406.784
Onderhoud gymnastiekinrichting 57.472 25.033 12.500 16.157 53.848
Bruggen en kunstwerken 7.793 108.371 0 88.835 27.329
 Totaal 1.707.111 621.575 12.500 828.225 1.487.962
           

Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico's

 

       
Pensioenen wethouders 2.157.188 575.907 0 105.814 2.627.282
Wachtgelden (voormalig) wethouders 0 0 0 0 0
Personele maatregelen 0 0 0 0 0
Totaal 2.157.188 575.907 0 105.814 2.627.282
           

Voorzieningen voor bijdragen aan toekomstige vervangingsinvesteringen waarvoor een heffing wordt geheven

 

       
Egalisatie riolering 1.211.630 244.297 0 0 1.455.927
Egalisatie afval 109.372 0 109.372 0 0
Totaal 1.321.002 244.297 109.372 0 1.455.927
           

Totaal voorzieningen

5.185.302 1.441.780 121.872 934.038 5.571.170

 

Hieronder volgt een toelichting op de aard en reden van iedere voorziening:

Meerjarenonderhoudsplan (MOP)
Voor de gemeentelijke panden zijn allemaal afzonderlijke onderhoudsplannen opgesteld. In 2019 zijn deze MOPs geactualiseerd, en hebben op dit moment een looptijd tot en met 2040. Iedere 4 jaar zullen deze MOPs weer opnieuw tegen het licht worden gehouden, en waar nodig budgetten worden bijgesteld.

Onderhoud gymnastiekinrichting
Deze voorziening is in 2012 ingesteld voor de gymnastiekinrichting in de 5 gymzalen die de gemeente beheert. Dit onderhoudsplan heeft een looptijd tot en met 2020. In 2021 zal er een nieuwe onderhoudsplan worden opgesteld.

Bruggen en kunstwerken
Deze voorziening is ingesteld bij de begroting 2018 naar aanleiding van het nieuwe beheerplan Civieltechnische kunstwerken en dient om schommelingen in onderhoudswerkzaamheden te egaliseren.

Pensioenen wethouders
De omgang van deze voorzieining dient gelijk te zijn aan de toekomstige pensioenverplichtingen van de huidige en de gewezen wethouders. Dit geldt voor zowel de reeds pensioengerechtigde wethouders als de nog niet pensioengerechtigde wethouders. Hiertoe worden per persoon actuariële waardeberekeningen opgesteld waarin rekening wordt gehouden met verwachte levensduur, de eventuele partner, de (variabele) pensioengerechtigde leeftijd en de te hanteren rente. Daarmee is zichtbaar voor welk bedrag oud- en zittende wethouders pensioen hebben opgebouwd. Een vertrokken wethouder kan op elk moment verzoeken om de waarde van zijn pensioen over te dragen aan een ander pensioenfonds. Dit maakt de pensioenverplichtingen direct opeisbaar en dienen daarom in een voorziening aanwezig te zijn op grond van het Besluit begroting en verantwoordign (BBV). Er zijn ook organisaties die gemeenten de mogelijkheid bieden zich hiervoor te verzekeren.  Deze optie zou welliswaar grote incidentele toevoegingen en onttrekkingen in de voorziening voorkomen, maar zorgt voor een structurele last in de exploitatie en dient dan ook gedekt te worden met structurele baten. Dit laatste is de movitatie om de pensioenverplichting in een voorziening te reserveren en de grote, niet beïnvloedbare, fluctuaties te accepteren.

Wachtgelden (voormalig) wethouders
Deze voorziening is ingesteld bij de begroting 2016. Hier is de berekende wachtgeldverplichting opgenomen van de voormalige wethouders die recht hebben op wachtgeld. De maandelijkse wachtgeldbetaling wordt er vervolgens aan onttrokken. Op dit moment zijn er geen betalingsverplichtingen en derhalve is de voorziening leeg.

Egalisatievoorziening riolering
Deze voorziening is in 2014 nieuw gevormd, en is ontstaan uit een verplichting van het BBV om deze gelden voortaan in een voorziening beschikbaar te houden in plaats van in een egalisatiereserve. Deze voorziening heeft als doel om de ontvangen rioolheffingen en de daarbij behorende uitgaven voor riolering te egaliseren. Deze gelden mogen niet voor andere zaken worden gebruikt.

Egalisatievoorziening afval
Deze voorziening is eveneens in 2014 nieuw gevormd, en is ontstaan uit een verplichting van het BBV om deze gelden voortaan in een voorziening beschikbaar te houden in plaats van in een egalisatiereserve. Deze voorziening heeft als doel om de ontvangen afvalstoffenheffingen en de daarbij behorende uitgaven voor afval te egaliseren. Deze gelden mogen niet voor andere zaken worden gebruikt.

 

 

De toevoegingen en onttrekkingen groter dan € 25.000 worden hieronder toegelicht:

Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico's

 

Pensioenen wethouders

 
Toevoeging conform begroting 123.481
Extra storting in de voorziening in verband met het hanteren van een lager rentepercentage bij pensioenberekeningen, verlagen van de pensioengerechtigde leeftijd en de gebruikelijke jaarlijkse verwerking van de actuariële waardeberekeningen. 452.426
Er is aan pensioenen oud-wethouders een bedrag uitbetaald van: -105.814
   

 

Onderhoudsegalisatievoorzieningen

 
Meerjaren Onderhoudsplannen gemeentelijke gebouwen  
In totaal is in 2020 aan deze voorziening MOP’s toegevoegd: 488.171
In 2020 bedroegen de uitgaven aan onderhoud van de diverse gebouwen: -723.233
   
Onderhoud gymnastiekinrichting diverse sportzalen  
In totaal is in 2020 aan deze voorziening Onderhoud gymnastiekinrichting diverse sportzalen toegevoegd:
25.033
   
Bruggen en kunstwerken  
Conform begroting wordt aan deze toegevoegd: 108.371
De totale werkelijke kosten in 2020 m.b.t. bruggen en kunstwerken -88.835
   

 

Voorzieningen voor bijdragen aan toekomstige vervangingsinvesteringen waarvoor een heffing wordt geheven  
Egalisatie riolering  
Toevoeging egalisatievoorziening 244.297
Egalisatie afval  
Onttrekking egalisatievoorziening -109.372
   

 

Vaste schulden met een rentetypische looptijd van één jaar of langer

 

De vaste schulden bestaan uit langlopende geldleningen en waarborgsommen. Hier onder staan de totale mutaties per onderdeel.

Langlopende leningen 2020 2019
Saldo begin boekjaar 15.387.316 12.239.269
Reguliere aflossingen  -1.027.437 -851.953
Vervroegde aflossing  0 0
Opgenomen leningen  0 4.000.000
Saldo einde boekjaar  14.359.879 15.387.316

 

Alle langlopende leningen zijn met de Bank Nederlandse Gemeenten afgesloten.

De totale rentelast voor het jaar 2020 met betrekking tot de vaste schulden bedraagt: € 273.984.

Van de verplichtingen met een looptijd langer dan één jaar moet in 2021 een bedrag van € 1.019.655 worden afgelost aan de leningverstrekker.

 

Waarborgsommen 2020 2019
Saldo begin boekjaar  6.295 6.315
Terugbetaalde / afgewikkelde waarborgsommen 0 20
Ontvangen waarborgsommen 0 0
Saldo einde boekjaar 6.295 6.295

 

 

 

B. VLOTTENDE PASSIVA

 

Netto-vlottende schulden met een rentetypische looptijd korter dan één jaar

De vlottende schulden bestaan uit kasgeldleningen, bank- en girosaldi en overige schulden.

Kasgeldleningen

Per ultimo 2020 hadden we geen kasgeldlening lopen.

Liquide middelen

De post liquide middelen (negatieve banksaldi) is samen met de saldi aan de debetzijde (positieve banksaldi) van de balans uiteengezet in de Liquide middelen onder de Vlottende Activa.

Overige schulden

De post overige schulden betreffen facturen die betrekking hebben op 2020, en begin 2021 zijn betaald. Hieronder volgt een uitsplitsing van de overige schulden in crediteuren, schulden aan openbare lichamen, te betalen pensioenpremies, te betalen belastingen en sociale premies.

Overige schulden 31-12-2020
Crediteuren 1.470.842
Schulden aan openbare lichamen 1.818.469
Te betalen pensioenpremies 11.936
Te betalen belastingen 13.177
Te betalen sociale premies 3.415
Totaal 3.317.840

 

 

Overlopende passiva

 

Verplichtingen die een volgend jaar tot betaling komen
Hieronder vallen de transitorische lasten (zaken waarvoor we in 2021 nog facturen verwachten, van zaken die in 2020 zijn uitgevoerd), de transitorische rente (rente over het jaar 2020, welke we in 2021 moeten betalen) en de overige nog te betalen kosten. Hieronder volgt een uitsplitsing van deze balanspost.

Verplichtingen die een volgend jaar tot betaling komen 31-12-2020
Transitorische lasten 1.575.852
Transitorische rente 88.536
Project Neck Zuid 662.138
Overige nog te betalen kosten 326.077
Totaal 2.652.604

 

Voorschotbedragen ontvangen van Europese en Nederlandse overheidslichamen
De in de balans opgenomen van Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen voor uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel die dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren, kunnen als volgt gespecificeerd worden:

Voorschotbedragen overheid

Instantie

Stand

31-12-2019

Toevoegingen

2020

Vrijgevallen bedragen 2020

Stand

31-12-2020

Vooruitontvangen van Rijksoverheid          
Vooruitontvangen SPUK-gelden 2019 Ministerie VWS 152.181 0 -152.181 0
Vooruitontvangen SPUK-gelden 2020 Ministerie VWS 0 184.871 -25.931 158.939
Vooruitontvangen OAB-gelden (onderwijsachterstandenbeleid) Ministerie OCW 116.262 305.199 -109.019 312.442
Vooruitontvangen subsidie inzake Advies Klimaatneutraal en Circulair Inkopen (AKCI) inzake Torensloot Rijksdienst voor Ondernemend Nederland 10.000 0
-10.000 0
Vooruitontvangen klimaatsubsidie: Regeling extern advies warmtetransitie (EAW) Rijksdienst voor Ondernemend Nederland 0 20.660 0 20.660
Vooruitontvangen subsidie: Regeling specifieke uitkering gemeentelijke hulp gedupeerden toeslagenproblematiek Ministerie van Financiën 0 3.862 0 3.862
Voorschot Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandige ondernemers (TOZO) Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid 0 3.128.958 -1.940.184 1.188.774
Regeling reductie energiegebruik (RRE) (gezamenlijke subsidieaanvraag gemeente Wormerland, Oostzaan, Beemster en Waterland) Ministerie van Binnenlandse Zaken en
Koninkrijksrelaties
0 418.237 -118.492 299.745
Totaal   278.443 4.061.787 -2.355.807 1.984.422
Vooruitontvangen van overige Nederlandse overheden
         
Subsidie zwerfafval * Nedvang 8.436 0 -8.436 0
Subsidie verduurzamen bedrijventerrein Provincie Noord-Holland 9.775 0 -9.775 0
Vooruitontvangen klimaatsubsidie: Regionaal energiebesparingspramma (REP) Provincie Noord-Holland (via de gemeente Purmerend) 0 21.588 -13.563 8.025
Totaal

 

18.211 21.588 -31.774 8.025
Totaal

 

296.654 4.083.375 -2.387.581 1.992.447

* Subsidie zwerfafval was per 31 december 2019 een 'vooruitontvangen subsidie' en dus verantwoord aan de passivazijde van de balans. Er zijn per eind 2020 echter meer kosten gemaakt dan het voorgeschoten subsidiebedrag. Per 31 december 2020 is deze subsidie dus een 'nog te ontvangen subsidie' en daarom verplaatst naar de activazijde van de balans.

Overige Vooruitontvangen bedragen die t.b.v. de volgende begrotingsjaren komen
Hieronder vallen alle overige overlopende passiva die ten laste komen van volgende begrotingsjaren.

 

 

Niet in de balans opgenomen belangrijke financiële verplichtingen

Aan de passivazijde van de balans is buiten de balanstelling het bedrag vermeld waartoe aan diverse rechtspersonen borgstellingen of garantstellingen zijn verleend, dan wel langlopende contracten van materiële omvang.

Deze gewaarborgde geldleningen zijn als volgt samengesteld:

Waarborgen en garanties

Hoofdsom leningen

Bedrag restschuld 31-12-2020 voor 100%

Percentage borgstelling

Gegarandeerd door gemeente  31-12-2020 (risico)

Gegarandeerd door gemeente
31-12-2019

Gewaarborgde geldleningen door WSW

10.000.000

10.000.000

100%

0

0

Gewaarborgde geldleningen door WSW

34.587.747

33.458.665

50%

0 0

Gewaarborgde geldleningen overig

5.575.554 3.792.157

100%

3.792.157 3.985.602

Gewaarborgde geldleningen overig

0 0

50%

0

0

Gewaarborgde geldleningen overig

643.564.000

631.989.000

div.%

5.421.923 5.657.346

Totaal

693.727.302

679.239.822  

9.214.080

9.642.948

Er zijn in 2020 geen betalingen door de gemeente Wormerland verricht uit hoofde van deze garantstellingen.

 

Langlopende contracten van materiële omgang

Hieronder volgt een overzicht van langlopende contracten van substantiële aard. Dit overzicht is niet uitputtelijk.

 

Overzicht stand van zaken investeringskredieten

Programmarekening 2020

Waar gaat het over?

Terug naar navigatie - Waar gaat het over?

Onderstaand treft u een overzicht aan van de baten en lasten, samengevat per programma. De verschillen tussen realisatie en begroting zijn verklaard bij de programmaverantwoording in Deel 1.

 

Overzicht van baten en lasten voorgaand jaar en begroot

Terug naar navigatie - Overzicht van baten en lasten voorgaand jaar en begroot
Programma Bedrag werkelijk uitgaven 2019 Bedrag werkelijk inkomsten 2019 Bedrag werkelijk saldo 2019 Bedrag primair begroot uitgaven 2020 Bedrag primair begroot inkomsten 2020 Bedrag primair begroot saldo 2020
01 Dienstverlening 1.573.706 1.322.736 -250.970 1.503.449 673.755 -829.694
02 Ruimtelijke ontwikkeling 984.920 506.770 -478.150 1.049.265 160.231 -889.034
03 Sociaal domein 14.046.772 3.318.429 -10.728.343 13.704.990 3.393.261 -10.311.729
04 Maatschap.participatie: sport, welzijn en onderwijs 4.131.647 647.025 -3.484.622 4.275.466 603.057 -3.672.409
05 Leefomgeving 10.307.509 5.215.713 -5.091.797 10.674.750 5.227.782 -5.446.968
06 Bestuur en organisatie 6.425.273 25.222.142 18.796.870 4.450.511 25.603.214 21.152.703
Gerealiseerd totaal van saldo van baten en lasten 37.469.827 36.232.814 -1.237.013 35.658.431 35.661.300 2.869
40 Mutaties in reserves 1.191.430 2.715.681 1.524.251 918.026 961.768 43.742
Gerealiseerd totaal van saldo van baten en lasten 1.191.430 2.715.681 1.524.251 918.026 961.768 43.742
Gerealiseerd resultaat 38.661.257 38.948.495 287.238 36.576.457 36.623.068 46.611
28-jun-2021 Verversingsdatum: 07-mei-2021

Overzicht van baten en lasten werkelijk

Terug naar navigatie - Overzicht van baten en lasten werkelijk
Programma Begroot incl. wijz. uitgaven 2020 Begroot incl. wijz. inkomsten 2020 Begroot incl. wijz. saldo 2020 Bedrag werkelijk uitgaven 2020 Bedrag werkelijk inkomsten 2020 Bedrag werkelijk saldo 2020 Verschil begr/werk 2020 Voordelig/ nadelig
01 Dienstverlening 1.570.726 521.971 -1.048.755 1.543.276 491.685 -1.051.591 -2.836 nadelig
02 Ruimtelijke ontwikkeling 1.151.731 160.231 -991.500 936.931 113.726 -823.205 168.295 voordelig
03 Sociaal domein 14.161.113 3.400.924 -10.760.189 17.523.128 6.615.775 -10.907.353 -147.164 nadelig
04 Maatschap.participatie: sport, welzijn en onderwijs 4.678.643 802.632 -3.876.011 4.548.266 804.819 -3.743.447 132.564 voordelig
05 Leefomgeving 10.783.217 5.634.766 -5.148.451 10.533.596 5.688.068 -4.845.528 302.923 voordelig
06 Bestuur en organisatie 6.920.776 26.381.128 19.460.352 7.411.245 27.198.274 19.787.029 326.677 voordelig
Gerealiseerd totaal van saldo van baten en lasten 39.266.206 36.901.652 -2.364.554 42.496.442 40.912.347 -1.584.095 780.459 voordelig
40 Mutaties in reserves 2.174.667 3.309.685 1.135.018 2.327.918 3.334.879 1.006.961 -128.057 nadelig
Gerealiseerd totaal van saldo van baten en lasten 2.174.667 3.309.685 1.135.018 2.327.918 3.334.879 1.006.961 -128.057 nadelig
Gerealiseerd resultaat 41.440.873 40.211.337 -1.229.536 44.824.361 44.247.227 -577.134 652.402 nadelig
28-jun-2021 Verversingsdatum: 07-mei-2021

Analyse van de afwijkingen ten opzichte van de begroting

Terug naar navigatie - Analyse van de afwijkingen ten opzichte van de begroting

Het werkelijke jaarrekeningresultaat is € 577.134 negatief. Echter, ten opzichte van het begrote negatieve begrotingssaldo in het Najaarsbericht 2020 ad € 1.229.536 is het negatieve jaarrekeningresultaat € 652.402 minder negatief dan verwacht. Hieronder is een tabel opgenomen met de verschillen tussen de begroting inclusief wijzigingen en de werkelijkheid. Alleen verschillen groter dan € 25.000 worden genoemd. Verschillen die gecompenseerd worden door een hogere of lagere onttrekking uit een bijbehorende reserve zijn niet meegenomen. Ook hogere (of lagere) lasten die direct verband houden met hogere (of lagere) inkomsten, zijn uit de tabel weggelaten. gamma

 

Product

Effect

Bedrag

Inc

/str.

Toelichting

Begrotingssaldo conform

Najaarsbericht

  Nadelig -/- € 1.229.536
  Betreft saldo Najaarsbericht 2020.
4. Maatschappelijke participatie Leerlingenvervoer Voordelig € 33.000 inc. Door het landelijke Corona beleid van de overheid zijn de scholen in 2020 voor verschillende periodes dicht geweest en hebben we omzetgarantie (80%/70%) betaald aan de vervoerder. Dit heeft ertoe geleid dat we minder kosten hadden voor het vervoer en daardoor op een voordeel zijn geëindigd.
5. Leefomgeving Openbare verlichting Voordelig € 40.000 str. De uitgaven voor onderhoud en vervanging is lager uitgevallen dan begroot.
  Milieubeleid Voordelig € 56.000 str. Omgevingsdienst IJmond blijkt in hun begrote bijdrage van de gemeente ook een deel door te rekenen aan de Veiligheidsregio inzake brandbeveiliging. De Veiligheidsregio brengt deze kosten weer in rekening bij de gemeente. Dit heeft als gevolg dat de lasten dubbel in de begroting zitten.
6. Bestuur en organisatie Communicatie Voordelig € 27.000 str. In 2020 stonden een aantal digitaliseringsprojecten op het gebied van communicatie op de planning. Deze projecten hebben een link met de nieuw te bouwen website. De nieuwe website staat nu gepland in 2021. Om deze aan de website gelinkte projecten ook tot uitvoer te kunnen brengen stellen we de raad voor € 10.000 mee te nemen naar 2021.
  Organisatie Voordeel € 186.000 inc. Dit voordeel betreft de voor de aanbesteding van het datacenter van OVER-gemeenten maximaal beschikbaar gestelde budget (€252.340), waarvan tot eind 2020 een bedrag van € 66.006 is uitgegeven. Dit project loopt nog door in 2021, zodat we aan de Raad voorstellen om het overgebleven budget, via de reserve Nog uit te voeren werken, mee te nemen naar 2021. Alle genoemde bedragen zijn 62% van de totale bedragen, namelijk het aandeel van Wormerland in OVER-gemeenten.
  Corona Voordeel € 192.000 inc. Het saldo van de lasten en baten laten een voordelig saldo van bijna €192.000 zien. Dit is nog exclusief de gelden die we vanuit de Decembercirculaire hebben ontvangen, en gezien het tijdstip niet meer via de Raad in de begroting hebben kunnen verwerken. Dit betrof een bedrag van € 42.400. Van het totale budget van € 643.349 hebben we aan werkelijke lasten €409.375 geboekt (gesaldeerd met de geboekte inkomsten). We verzoeken de Raad om via de resultaatbestemming 2020 het totale overgebleven saldo mee te nemen naar 2021. De Coronacrisis loopt namelijk voorlopig nog door, en hoewel we ook voor 2021 gelden toegezegd hebben gekregen (€309.200), zien we, naast de uitgaven die we in 2020 ook hadden ook forse uitgaven op ons af komen voor onder andere de aangepaste organisatie van de verkiezingen en mogelijk oplopende kosten voor inkomensvoorziening, bijzondere bijstand en schuldhulpverlening.
Diversen Div. verschillen <25.000 Voordelig € 118.402
   

Totaal

    -\- € 577.134    

 

Begrotingsrechtmatigheid

Terug naar navigatie - Begrotingsrechtmatigheid

In onderstaande tabel zijn de begrotingsoverschrijdingen per programma uiteengezet en toegelicht. De begrotingsoverschrijdingen betreft het verschil tussen de werkelijke lasten en de (gewijzigde)begroting. De bedragen van deze begroting zijn inclusief de wijzigingen van het Voorjaars-, Najaarsbericht en eventuele andere begrotingswijzigingen. Door middel van het vaststellen van de jaarrekening worden de overschrijdingen door uw raad geaccepteerd.gamma

Programma

Begrote lasten

Werkelijke lasten

Overschrijding

3. Sociaal Domein € 14.161.113 € 17.523.128 € 3.362.015
6. Bestuur en organisatie
€ 6.920.776 € 7.411.245 € 490.469

 

Toelichting

3. Sociaal domein

De lasten van het programma Sociaal Domein zijn € 3.362.015 hoger dan begroot. De voornaamste oorzaak van de overschrijding van de lasten betreft het niet begroten van de budgettair neutrale TOZO-regeling ad € 3.128.958.  Ook de batenkant ad € 3.128.958 is niet begroot en zorgt voor een overschrijding van de batenkant. Indien we de TOZO-regeling buiten beschouwing laten resteert een overschrijding van € 233.057.  De oorzaak hiervan zijn de hogere lasten voor de Armoedebeleid, WMO en de specialistische jeugdhulp. Voor deze overschrijding geldt dat deze hogere lasten nog niet bekend waren ten tijde van de laatste begrotingsaanpassing. De berekening van het nog te betalen onderhanden werk, aan de zorgaanbieders van de specialistische jeugdhulp, kon zelfs pas gedaan worden naar aanleiding van hun rapportages per 1 april 2021. Bovenstaande overschrijding past dus binnen het bestaande beleid. De overschrijdingen zijn ontstaan door onvoorziene omstandigheden.

6. Bestuur en organisatie

Het college heeft op 15 december 2020 naar aanleiding van de 'Memo rentetoerekening' besloten tot het boeken van bespaarde rente voor de jaren 2020 en 2021. Dit collegebesluit kon, gezien het tijdstip van besluitvorming (december), niet meer in een begrotingswijziging aan de raad worden voorgelegd.  Deze boeking van € 884.120 aan zowel de lasten- als de batenkant van programma 6 is de oorzaak van de overschrijding aan de lastenkant van Programma 6.

 

Kredieten

In 2020 is het krediet 'Vervanging beschoeiing wegsloot Jisp' met 6% overschreden, zijnde € 28.000 op het totaalkrediet van € 454.000. Daarnaast is het krediet 'Vrijvervalriool Ketelhuisterrein 2020  (GRP 2018-2023)' met 8% overschreden, zijnde € 11.000 op een totaalkrediet van € 150.000.

Op de overige kredieten zijn geen significante overschrijdingen te constateren.

Overzicht van de incidentele baten en lasten

Terug naar navigatie - Overzicht van de incidentele baten en lasten

In dit overzicht van baten en lasten zijn de volgende bedragen in 2020 van incidentele aard:

Programmanummer

Omschrijving programma

Lasten

Baten

1 Dienstverlening   9.266
2 Ruimtelijke ontwikkeling 28.168  
3 Sociaal Domein 3.133.391 3.146.862
4 Maatschappelijke participatie: sport, welzijn en onderwijs 25.132 25.000
5 Leefomgeving   13.563
6 Bestuur en organisatie 1.313.642 1.492.020
  Saldo incidenteel tlv programma 1 t/m 6 4.500.333

4.686.711

40 Mutaties in reserves 1.588.252 2.640.355
  Saldi 6.088.585 7.327.066
  Per saldo incidenteel   1.238.481

 

Toelichting:

Het saldo van lasten en baten van incidentele aard dat ten laste komt van de exploitatie is € 1.238.481. We lichten hieronder de verschillen groter dan € 25.000 per programma toe. Voor de mutaties in programma 40 verwijzen wij naar de toelichting op de balans.

 

Programma 2:

De voornaamste incidentele kosten zijn gemaakt voor het plan van aanpak bodemdaling. Deze kosten, € 15.151, zijn uit de Reserve Duurzaamheid gedekt. Daarnaast zijn er incidentele kosten gemaakt voor het Project Zaandriehoek. Deze kosten, ad € 5.115 zijn ten laste van de Reserve Nog uit te voeren werken geboekt.

 

Programma 3:

In 2020 is er € 3.128.958 aan TOZO-gelden ontvangen van het rijk. Een coronaregeling voor tijdelijke ondersteuning zelfstandige ondernemers. In 2020 zijn nog niet al deze middelen besteed, maar het onbestede gedeelte is gereserveerd en zal op een later tijdstop met het rijk worden afgerekend. Per saldo heeft dit geen effect op het jaarrekeningsaldo. Daarnaast is er nog een subsidie ontvangen voor 'Veilig thuis' van bijna € 18.000. Tot slot zijn er nog kosten gemaakt voor 'Integrale aanpak' en het 'Transformatieplan jeugd' , in totaal € 4.430, welke zijn onttrokken uit de Reserve Sociaal domein.

 

Programma 4:

Deze incidentele baten betreffen subsidie voor het Sportakkoord waar ook nagenoeg dezelfde lasten tegenover staan.

 

Programma 6:

Het college heeft op 15 december 2020 naar aanleiding van de 'Memo rentetoerekening' besloten tot het boeken van bespaarde rente voor de jaren 2020 en 2021.  Dit betreft boeking van € 884.120 aan zowel de lasten- als de batenkant van programma 6. Daarnaast zijn er ruim € 600.000 aan Coronagelden beschikbaar gesteld, waarvan € 250.000 uit de Algemene reserve. De overige coronacompensatiegelden zijn rijksbijdragen via de algemene uitkering. In 2020 zijn ruim € 416.000 aan coronakosten geweest.

Overzicht van de aanwending van het bedrag voor Onvoorzien

Terug naar navigatie - Overzicht van de aanwending van het bedrag voor Onvoorzien

Het middels de primaire begroting door de gemeenteraad beschikbaar gestelde budget voor onvoorziene zaken bedroeg tot en met 2018 € 51.117. In de primitieve begroting 2019 is dit voor de jaren 2019 tot en met 2021 verlaagd met € 25.000 tot een begroot bedrag van € 26.117.

Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector

Terug naar navigatie - Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector

Per 1 januari 2013 is de Wet Normering Topfunctionarissen in de publieke en semipublieke sector (WNT) ingegaan. Deze verantwoording is opgesteld op basis van de volgende op de gemeente Wormerland van toepassing zijnde regelgeving. Het bezoldigingsmaximum in 2020 voor de gemeente Wormerland is € 201.000. Dit geldt naar rato van de duur en/of omvang van het dienstverband.

 

1. Bezoldiging topfunctionarissen

Tabel 1a. Leidinggevende topfunctionarissen met dienstbetrekking en leidinggevende topfunctionarissen zonder dienstbetrekking vanaf de 13e maand van de functievervulling

Naast de hierboven vermelde topfunctionarissen zijn er geen overige functionarissen met dienstbetrekking die in 2020 een bezoldiging boven het individuele WNT-maximum hebben ontvangen. Er zijn in 2020 geen ontslaguitkeringen betaald aan overige functionarissen die op grond van de WNT dienen te worden vermeld, of die in eerdere jaren op grand van de WNT vermeld zijn of hadden moeten worden.

Tabel 1b. Leidinggevende topfunctionarissen zonder dienstbetrekking in de periode kalendermaand 1 t/m 12

 

1c Toezichthoudende topfunctionarissen
N.v.t.

1d. Topfunctionarissen met een totale bezoldiging van € 1.700 of minder
N.v.t.

1e. Topfunctionaris met een totale bezoldiging van meer dan € 1.700
N.v.t.

1f. Topfunctionaris met een totale bezoldiging van meer dan € 1.700 waarop de anticumulatiebepaling van toepassing is
N.v.t.

1g. Topfunctionaris met een totale bezoldiging van € 1.700 of minder waarop de anticumulatiebepaling van toepassing is
N.v.t.

2. Uitkeringen wegens beëindiging dienstverband aan topfunctionarissen
Uitkeringen wegens beëindiging dienstverband aan topfunctionarissen met of zonder dienstbetrekking inclusief degenen die op grond van hun voormalige functie nog 4 jaar als topfunctionaris worden aangemerkt
N.v.t.

3. Overige rapportageverplichtingen op grond van de WNT
Naast de hierboven vermelde topfunctionarissen zijn er geen overige functionarissen met een dienstbetrekking die in 2020 een bezoldiging boven het individueel toepasselijke drempelbedrag hebben ontvangen.
N.v.t.

Gebeurtenissen na balansdatum

Terug naar navigatie - Gebeurtenissen na balansdatum

Ombuiging naar sluitende begroting 2022

De Meerjarenbegroting 2021-2024 sloot vanaf 2022 met een negatief begrotingssaldo. In het eerste kwartaal 2021 is een start gemaakt met het voorbereiden van ombuigingsvoorstellen om tot een sluitende meerjarenbegroting 2022-2025 te komen. 

 

Algemene Uitkering herijking

Op dinsdag 2 februari 2021 heeft het ministerie BZK een adviesvraag ingediend bij de commissie Raad Openbaar Bestuur (ROB ) op de voorgestelde herijking van het gemeentefonds. Bij deze adviesvraag zijn ook de voorlopige effecten per gemeente bekendgemaakt. In februari 2020 hebben we de raad ingelicht over deze voorlopge uitkomsten van de herijking van het gemeentefonds. De gemeente Wormerland gaat er € 58 per inwoner op vooruit. Het herverdeeleffect zal middels een ingroeipad worden verwerkt in de algemene uitkering. Het huidige voorstel spreekt van een ingroeipad van € 15 per inwoner per jaar. Het herverdeeleffect gaat per 2023 in.

De huidige voorlopige herverdeling is nog aan verandering onderhevig. Onder andere de uitkomst van het advies van de commissie ROB kan nog verschuivingen tussen gemeenten teweegbrengen. Ook het voorgestelde ingroeipad van €15 per inwoner per jaar behoort tot deze adviesvraag. Na het advies van de commissie ROB wordt ook nog de VNG geconsulteerd. De definitieve besluitvorming inzake de herverdeling is aan het nieuwe kabinet.

Er wordt ook gesproken over het eventueel (tijdelijk) compenseren van de nadeelgemeenten waar het niet in den rede ligt dat deze gemeenten dit zelfstandig kunnen dragen. Voor deze gemeenten zal wellicht maatwerk geleverd worden wat ook gevolgen heeft voor de overige gemeenten.

De berekeningen die aan deze voorlopige herverdeling ten grondslag liggen zijn gebaseerd op onderzoeksjaar 2017. De gemeente Wormerland was één van de geselecteerde gemeentes die deelnam aan dat onderzoek. Het doorberekenen van de uitkomsten naar 2023 kan ook verschuivingen binnen gemeentes teweegbrengen.

Hoewel de herijking voor 2020 geen financieel effect heeft kan deze herijking bij de bestemming van het jaarrekeningsaldo een overwegingsfactor zijn van de raad en derhalve benoemen we dit risico in de Jaarrekening 2020.